Door Exploitant Aan Te Brengen Markeringen En Bordjes; Veiligheidsaanwijzingen Voor De Operators - Kemper 79 002 Mode D'emploi

2.3 Door de exploitant aan te brengen markeringen en bordjes

2.4 Veiligheidsaanwijzingen voor de operators

Art.- Nr.: 1502197
Veiligheid
● Met de stip worden werk- en/of bedienstappen aangeduid. De
stappen dienen van boven naar beneden te worden uitgevoerd.
– Met het streepje worden opsommingen aangeduid.
Direct op de afzuigarm aangebrachte aanwijzingen en
pictogrammen, alsook waarschuwingsbordjes, bedieningsbordjes,
markeringen van onderdelen, enz. dienen te allen tijde in acht te
worden genomen. Zij mogen niet worden verwijderd en dienen in
leesbare toestand te worden gehouden!
De exploitant is verplicht, eventueel nog meer markeringen en
bordjes op de afzuigarm en in de omgeving ervan aan te brengen.
Dergelijke markeringen en bordjes kunnen bijv. betrekking hebben
op het voorschrift persoonlijke veiligheidsuitrusting te dragen.
De afzuigarm mag uitsluitend in technisch onberispelijke staat
alsook doelmatig, veiligheids- en gevarenbewust onder inachtname
van deze handleiding te worden gebruikt! Alle storingen en in het
bijzonder dergelijke, die de veiligheid negatief kunnen beïnvloeden,
moeten onmiddellijk worden opgeheven!
Een ieder, die met de ingebruikname, bediening of instandhouding
belast is, dient deze handleiding volledig te hebben gelezen en
begrepen – in het bijzonder hoofdstuk 2 Veiligheid. Tijdens het
arbeidsproces is het te laat. Dit geldt in het bijzonder voor
personeel dat slechts incidenteel op de afzuigarm wordt ingezet.
De handleiding dient te allen tijde in de buurt van de afzuigarm te
liggen.
Voor schade en ongevallen, die ontstaan omdat de handleiding
niet in acht genomen is, zijn wij niet verantwoordelijk.
De relevante ongevalpreventievoorschriften alsook de overige
algemeen erkende veiligheidstechnische en arbeidsgeneeskundige
regels naleven.
De bevoegdheden voor de diverse handelingen in het kader
van onderhoud en instandhouding duidelijk vastleggen.
Alleen zo worden foutieve handelingen – in het bijzonder in
gevaarlijke situaties – vermeden.
2-2