Bakplaat en braadslede kunnen door grote
temperatuurverschillen (bijv. bij diepvriesgerechten in de hete
binnenruimte) iets kromtrekken.
Voor het eerste gebruik
Maak het apparaat voor het eerste gebruik schoon
Toebehoren en verpakkingsresten uit de binnenruimte
1.
verwijderen.
Toebehoren en binnenruimte schoonmaken met warm
2.
zeepsop (zie het hoofdstuk: Reiniging en onderhoud).
Apparaat bedienen
In dit hoofdstuk leest u hoe u het apparaat in- en uitschakelt en
een functie en de temperatuur kiest.
Apparaat inschakelen
Aan de functiekeuzeknop draaien tot de gewenste functie
1.
ingesteld is.
Aan de temperatuurkeuzeknop draaien tot de gewenste
2.
temperatuur ingesteld is.
Het indicatielampje r brandt terwijl het apparaat opwarmt en
altijd bij het nawarmen.
Bakken
Toebehoren voor het bakken
Bakvormen
Gebruik donkere bakvormen van metaal. Blikken en glazen
vormen verlengen de baktijd en het gebak bruint niet
gelijkmatig. Wilt u met blikken vormen bakken, gebruik dan
inschuifhoogte 1.
Plaats een rechthoekige vorm altijd diagonaal en een ronde
bakvorm altijd in het midden van het rooster.
Bakplaten
Wij raden u aan uitsluitend de originele bakplaten te gebruiken,
omdat deze optimaal op de binnenruimte en de functies zijn
afgestemd.
Schuif de bakplaten altijd voorzichtig in tot de aanslag. Let erop
dat de schuine kant van de bakplaat altijd naar de
apparaatdeur wijst.
Basisdeeg
Roerdeeg
Plaatgebak met bedekking
Spring/rechthoekige vorm
Zandtaartdeeg
Plaatgebak met droge bedekking, bijv. strooisel
Plaatgebak met vochtige bedekking, bijv. roomglazuur
Springvorm, bijv. kwarktaart
Vorm vruchtentaartbodem
* Oven voorverwarmen
26
Boven- en onderwarmte % op 240 °C 30 minuten lang
3.
verwarmen.
De afgekoelde binnenruimte met warm zeepsop afnemen.
4.
Reinig de buitenkant van het apparaat met een zachte,
5.
vochtige doek en zeepsop.
Apparaat uitschakelen.
Functiekeuzeknop in de stand Û terugdraaien.
1.
Temperatuurkeuzeknop in de stand Ú terugdraaien.
2.
Na het uitschakelen kan de koelventilator nalopen.
Baktabel voor basisdeeg
De opgaven in de tabel zijn richtwaarden, die gelden voor
bakplaten van aluminium en donkere bakvormen. De waarden
kunnen variëren, afhankelijk van de soort en hoeveelheid deeg
en de bakvorm.
Wij raden u aan om de eerste keer de laagste van de
opgegeven temperaturen in te stellen. In principe levert de
laagste temperatuur de meest gelijkmatige bruining op.
Wanneer u gerechten bakt volgens eigen recept, houd dan de
waarden van gelijksoortig gebak in de tabel aan.
Boven- en onderwarmte %
Inschuifhoogte
Temperatuur in °C
1
2
1
1
2
2
Tijdsduur in minuten
180 190
160 170
190 200
180 190
160 - 180
170 180*
30 40
60 70
45 - 55
75 - 90
50 - 90
25 35