u dus aan u tot uw arts of het ziekenhuisper-
soneel te wenden, zodat uw kind kan worden
beoordeeld en het geschikte autostoeltje kan
worden aangeraden, voordat u uit het zie-
kenhuis komt.
• Als voor Groep 1 (9-18 kg) het autostoeltje op
de voorzitting wordt geplaatst wanneer de
frontale airbag is ingeschakeld, wordt voor
meer veiligheid aangeraden om de zetel zo
ver mogelijk naar achter te verplaatsen, voor
zover dat mogelijk is als passagiers op de ach-
terbank zitten.
• Gebruik dit autostoeltje nooit op zittingen die
zijdelings of tegen de rijrichting in gedraaid
zijn.
• Plaats het autostoeltje alleen op zittingen die
correct aan de structuur van de auto zijn be-
vestigd en die in de rijrichting staan.
• Let erop hoe het autostoeltje in de auto
wordt geïnstalleerd om te voorkomen dat
een mobiele zetel of het portier stoort.
• Geen enkel autostoeltje kan de absolute vei-
ligheid van het kind in geval van een ongeluk
garanderen, maar het gebruik van dit artikel
vermindert het gevaar voor ernstig letsel of
de dood.
• Het gevaar voor ernstig letsel van het kind,
en niet alleen bij een ongeluk, maar ook in
andere omstandigheden (bijv. bij hard rem-
men, enz.) wordt groter als de aanwijzingen
die in deze handleiding worden beschreven
niet nauwgezet in acht worden genomen:
controleer altijd dat het autostoeltje correct
aan de zitting is bevestigd.
• Indien het autostoeltje beschadigd, ver-
vormd of ernstig versleten mocht zijn, moet
het worden vervangen. Het kan zijn oor-
spronkelijke veiligheidskenmerken hebben
verloren.
• Wijzig niets aan het artikel en voeg er niets
aan toe zonder toestemming van de fabri-
kant.
• Breng geen niet door de fabrikant geleverde
accessoires, reserveonderdelen of onderde-
len aan.
• Zet niets dat geen voor het artikel goedge-
keurd accessoire is tussen de autozitting en
het autostoeltje, of tussen het autostoeltje en
het kind: in geval van een ongeluk kan het
dan gebeuren dat het autostoeltje niet goed
functioneert.
• Ook na een niet ernstig ongeluk kan het
autostoeltje schade opgelopen hebben, die
echter niet altijd met het blote oog zichtbaar
is: het moet daarom worden vervangen.
• Gebruik het product NIET langer dan 10 jaren.
Na deze periode kunnen de wijzigingen in de
materialen (bijvoorbeeld door blootstelling
aan zonlicht) de goede werking van het pro-
duct reduceren of negatief beïnvloeden.
• Gebruik geen tweedehandsautostoeltjes:
deze kunnen voor het blote oog onzichtbare
structurele schade hebben opgelopen, die
zodanig is dat de veiligheid van het artikel
niet langer gewaarborgd wordt.
• Laat uw kind nooit zonder toezicht in het au-
tostoeltje achter.
• Als het voertuig in de zon heeft gestaan, con-
troleert u de autostoel zorgvuldig, voordat u
het kind erin zet, door na te gaan of de ver-
schillende delen ervan niet heet zijn gewor-
den: in dit geval laat u ze eerst afkoelen voor-
dat u het kind er in legt, om te voorkomen
dat het zich verbrandt.
• De hoes kan uitsluitend worden vervangen
met een door de fabrikant goedgekeurde
hoes, omdat deze integraal deel uitmaakt
van het autostoeltje. Het autostoeltje mag
nooit zonder hoes worden gebruikt, om de
veiligheid van het kind niet in het gedrang te
brengen.
• Controleer dat de band van de gordel niet
verdraaid zit en voorkom dat deze of een ge-
deelte van het autostoeltje tussen de portie-
ren komt of over scherpe punten wrijft. Het
autostoeltje kan niet langer gebruikt worden
als de gordel beschadigd is of rafelt.
• Als het kind niet wordt vervoerd, moet het
autostoeltje vast blijven zitten of in de koffer-
bak worden gezet. Een niet vastgezet auto-
stoeltje kan in geval van een ongeluk of bij
hard remmen namelijk een gevaar inhouden
voor de passagiers.
• Controleer of er geen voorwerpen of bagage,
in het bijzonder op de hoedenplank, in het
voertuig worden vervoerd, die niet zijn vast-
gezet of veilig zijn geplaatst: in geval van een
ongeluk of bij hard remmen kunnen ze de
73