ESSAIS
- Faire osciller le vantail: intervenir sur les
contrepoids comme suit s'il ne reste pas
en équilibre:
Moteur monté au centre: le poids du mo-
teur doit être réparti de façon appropriée
sur les deux contrepoids.
Moteur monté sur le côté: le poids du
moteur doit être réparti de la façon sui-
vante: à peu prés 1/3 sur le contrepoids
du côté moteur et 2/3 sur l'autre contre-
poids.
Deux moteurs montés sur le côté: ajouter
le poids d'un moteur à un contrepoids,
même chose pour le second.
Pour les portes basculantes à ressorts, il
faut au contraire déplacer le point de fixa-
tion de ces derniers dans le trou le plus
approprié.
- En montant les bras articulés E 783, véri-
fier si l'angle X formé par les bras ne dé-
passe pas 130° (fig. A - B) durant la phase
d'ouverture et de fermeture du vantail.
Dans ce cas, déplacer le bras supérieur
dans le trou le plus approprié de la bride
de fixation.
A
X
TEST
- Deblokeer de motor en beweeg de poort
manueel. indien de poort goed uitgebalanceerd
is, dan blijft ze in om het even welke positie
staan.
Motor in het midden geplaatst: het gewicht moet
over de beide tegengewichten verdeeld wor-
den.
Motor op de zijkant geplaatst: Het gewicht moet
als volgt verdeeld worden: 1/3 aan de kant van
de motor, 2/3 bij het andere tegengewicht.
Twee motor aan de zijkant geplaatst: Het ge-
wicht moet over beide tegengewichten ver-
deeld worden.
Voor kantelpoorten met veren: Men moet de
veren aan een hoger of lager geplaast beves-
tigingspunt ophangen.
Wanneer u de knikarmen E783 gebruikt, con-
troleer dan of de hoek gevormd door deze
armen niet meer is dan 130° (Fig. A-B) tijdens
de openings- en sluitingsfase. Wanneer dit het
geval is, dan dient u de arm in een andere
bevestigingspunt te plaatsen.
BETRIEBSKONTROLLEN
- Das Tor schwingen lassen: wenn es nicht
in jeder Position im Gleichgewicht bleibt,
die Gegengewicht wie folgt verstellen:
bei zentral installiertem Motor: das Ge-
wicht des Motors halbieren und gleichmä-
ßig auf die beiden Gegengewichte vertei-
len;
bei seitlich montiertem Motor: das Ge-
wicht des Motors ungefähr zu 1/3 auf das
an der Motorseite befindliche Gegenge-
wicht und zu 2/3 auf das der Motorseite
gegenüberliegende Gegengewicht vertei-
len;
bei zwei seitlich montierten Motoren:
beide Gegengewichte jeweils um das Ge-
wicht eines Motors schwerer machen;
bei Schwingtoren mit Federn: den Veran-
kerungspunkt der Federn in die geeigne-
tere Bohrung verlagern.
- Bei der Montage der Gelenkarme(E 783)
darauf achten, daß in der Öffnungs- und
Schließphase des Tors der von denArmen
gebildete Winkel X nicht größer als 130° ist
(Abb. A - B). Sollte dies der Fall sein, den
oberen Arm in die geeignetere Bohrung
des Verankerungsbügels versetzen.
B
X
-13-