Aansluiting Van De Condensafvoer; Elektrische Aansluitingen; Aansluiten Van De Batterij - Zehnder ComfoAir XL Manuel De L'installateur

5.4 Aansluiting van de
condensafvoer
De platenwisselaar en koudwaterbatterij zijn ieder
in een eigen lekbak geplaatst. Op de lekbak van
de platenwisselaar is standaard een ingebouwde
membraan sifon aangesloten. Op het membraan
sifon is een kunststofafvoer van rond 32mm
aangesloten waarmee het condens rechtstreeks kan
worden afgevoerd.
De koudwaterbatterij is in een lekbak geplaatst,
waarop een kunststofafvoer van rond 32mm
is aangesloten. Op deze kunststofafvoer moet
ter plaatse nog een membraan sifon worden
aangesloten. Het membraan sifon sluit de
afvoerleiding niet met een waterslot, maar met een
zelfsluitend ventiel.
Sifonverwarming
Sifons zijn gevoelig voor vorst. Met een
sifonverwarmer wordt het risico van stuk vriezen
verminderd.
Tijdens het monteren van de condensafvoer moet
er rekening gehouden worden met de volgende
aspecten:
■ Het condenswater moet vorstvrij en onder afschot
worden afgevoerd;
■ Het membraan sifon moet onder een hoek van 45°
worden gemonteerd;
■ Sluit de condensafvoer luchtdicht via een leiding
of slang aan op de binnenriolering;
■ Spuit of blaas het sifon door om het zelfsluitend
ventiel los te maken.
135?

5.5 Elektrische aansluitingen

De ComfoAir dient aangesloten te worden conform
de nationale normen en de plaatselijk geldende
voorschriften.
De werkschakelaar heeft een hangslot vergrendeling.
Hiermee kan onbedoeld inschakelen tijdens
onderhoudswerkzaamheden voorkomen worden.
De schema's van de ComfoAir bevinden zich tussen
de technische specificatiebladen.

5.6 Aansluiten van de batterij

■ De aansluiting dient tegenstrooms te zijn
uitgevoerd zoals aangegeven op de ComfoAir
(+ = ingang; - = uitgang);
■ Bij de batterijaansluiting moet direct buiten de
ComfoAir een deugdelijke ontluchting en aftap in
het leidingsysteem worden opgenomen;
■ Bij het aandraaien van de verbindingen op
de batterij moet de aansluitstomp worden
tegengehouden, zodat geen buig- of
draaikrachten op de batterijaansluiting optreden,
omdat dit anders tot ernstige beschadigingen kan
leiden;
■ Let er op dat de aansluitleidingen niet voor de
bedieningsdeuren lopen en daardoor controle en
onderhoud bemoeilijken.
NL - 9