c) Scheepsschroef controleren
Controleer de scheepsschroef en haar contramoeren voor elke vaart op haar vaste zitting en beschadigingen.
Een beschadigde scheepsschroef moet voor het uitvaren worden vervangen. Indien u dit niet in acht neemt, kan het
gebeuren dat de scheepsschroef tijdens de werking ongewild loskomt of breekt. Hierbij bestaat het gevaar voor
verdere schade aan uw model. Bovendien kan uw model niet meer worden bestuurd.
In verband met de scheepsschroef neemt u ook de verdere informatie in het hoofdstuk „Scheepsschroef vervangen"
in acht.
d) Bevestiging van de buitenboordmotor controleren
Controleer voor elke vaart de bevestiging op haar vaste zitting en beschadigingen. Een beschadigde of losse bevestiging
(vb. losse schroeven) moet voor het uitvaren worden hersteld.
Indien u dit niet in acht neemt, kan het gebeuren dat de stuurstangen tijdens de werking ongewild loskomen. Hierbij
bestaat het gevaar voor verdere schade aan uw model (vb. de stuurservo loopt vast). Bovendien kan uw model niet
meer worden bestuurd.
Houd daarbij ook rekening met de volgende voorschriften in het hoofdstuk 9.
Schroefverbindingen tussen metalen onderdelen moeten door zogenaamde stopmoeren of met een druppel
borglak tegen ongewild losmaken worden vastgemaakt.
82
Afbeelding 4