"
"
om terug te keren naar het hoofdmenu , start de maaier om te werken.
2.6.
Gebruik
2.7 Onderzones instellen
Onderzone instellen dient om werkrendement van de maaier in grote zones te verhogen .
Dit helpt de maaier ook doorheen smalle doorgangen gaan van de ene naar de andere zone.
Zonder deze functie zal de maaier eerder de zone in de buurt van het laadstation maaien en
de zone aan de andere zijde van de smalle doorgang negeren - door
afbakeningsdraadsignaalprobleem van de smalle doorgang kan de maaier eventueel niet
doorgeraken.
Verdeel het gasperk in 2~3 kleine zones en vraag de maaier om elke zone na elkaar
te bewerken.
Deze functie moet samenwerken met opdrachtfunctie.
(1) Geheugenpunt instellen
---Verdeel de maaizone in 2~3 kleine zones volgens de afbeelding voor gebruik, stel
dan een geheugenpunt in elke kleine zone in. Het geheugenpunt zal de maaier in
staat stellen zijn afbakeningsdraad te verlaten en de bepaalde kleine zone te betreden
om de beginnen maaien.
Plaats maaier op afbakeningsdraad met een maximu m afstand van 1 meter
van het laadstation en plaats de achterzijde van de maaier tegen het laadstation.
---Voer wachtwoord in om "AUTO"-pagina te tonen.
---Druk op "MENU" om naar "SETTINGS" (Instellingen) te gaan, selecteer "
en druk dan op "OK".
---Ga naar "AREA"-pagina, druk op "OK" om de maaier te starten, de maaier gaat linksom
langsheen de afbakeningsdraad.
",