nl - Gebruik
86
Houdt u zich aan de beladingsvoorschriften die in het kader van de
validatie zijn vastgelegd.
Controleer bij het beladen en voor elke programma-
start:
– Kunnen de sproeiarmen vrij roteren?
– Zijn de sproeikoppen niet verstopt?
– Is de ingeschoven wagen goed op de watertoevoer van de reini-
gingsautomaat aangesloten?
Programmakeuze
Bij de handmatige programmakeuze op de reinigingsautomaat moet
eerst de gebruikte wagen worden geselecteerd. Daarvoor worden in
het display pictogrammen van de wagens weergegeven.
De pictogrammen bevinden zich naast de RFID-tag, rechtsonder op
de voorkant van de wagen.
Voor de wagen A 506 wordt het volgende pictogram weergegeven.
Na selectie van het pictogram wordt de lijst met de toegewezen be-
handelprogramma's weergegeven.
Wagen
A 506
Pictogram