7. Fouten opsporen en ongedaan maken
7.1 Activatie-, storings- en
bedrijfsgegevensgeheugen oproepen
Druk op functietoets
Er verschijnt:
Opmerking
Na een wachttijd van 30 s of door het indrukken van functietoets
komt u terug in het hoofdmenu.
Roep met functietoets
Er verschijnt een popup-menu.
Selecteer met functietoets
Bevestig de instelling met functietoets
- of -
Verlaat het menu:
druk op functietoets
Binnen de menu's kan met de toetsen
schillende pagina's heen en weer worden gebladerd en met de
toetsen
naar begin of einde van de lijst worden gegaan.
Activatiegeheugen
Het activatiegeheugen slaat de laatste 600 keer op dat het HF-appa-
raat werd geactiveerd. De volgende parameters worden aangegeven:
• datum van de activatie (dd.mm.jj)
• Begin activatie (hh:min)
• Activeringsduur (s)
• Uitgang
– BI1: bipolair 1
– BI2: bipolair 2
– MO1: monopolair 1
– MO2: monopolair 2
• Dosis
204
Hoogfrequentchirurgie-apparaat
2.
4 het menu History Record op.
het gewenste geheugenmenu.
.
of wacht 30 s af.
tussen de ver-
• Modus
– CUT0: POWERCUT 1/BICUT 1 COAG0: CONTACTCOAG / BICOAG
– CUT1: POWERCUT 2/BICUT 2 COAG1: SOFTCOAG
– CUT2: POWERCUT 3
– CUT3: POWERCUT 4
– CUT4: MICROCUT 1
– CUT5: MICROCUT 2
– CUT6: SEALCUT
• Activatiemodus on/off (H: handmatig, A: automatisch, F: voetpe-
daal)
2
2
• I
*t-waarde (in 0,1 A
s)
• Gebruikt instrument
– onbek.: instrument zonder instrumentherkenning
– zevencijferig nummer: 3e t/m 5e cijfer van het artikelnummer en
de laatste 4 cijfers van het serienummer van het instrument
Storingsgeheugen (Error by date; Error by number)
Het storingsgeheugen slaat de laatste 100 foutmeldingen van het HF-
apparaat op. Fouten met hoge prioriteit worden langer opgeslagen. De
volgende parameters worden aangegeven:
• Datum (dd.mm.jj)
• Tijd
• Foutnummer
• Fouttekst
(GN 640)
COAG2: SPRAYCOAG
COAG3: FORCEDCOAG