ANTEO Futura F3CL Série Instructions Pour L'installation page 148

Hayons hydrauliques a fermeture posterieure
Table des Matières

Publicité

It
Tutte le viti vanno serrate sempre con la chiave dinamom-
etrica.
Un serraggio eccessivo delle viti le può danneggiare,
mentre un serraggio troppo lasco ne precluderebbe la
funzionalità.
Ogni vite, in base al diametro e alla classe ha il suo valore
specifico per la taratura della chiave dinamometrica.
In caso di più viti per uno stesso componente (es. ralla,
piastre, motoriduttori) occorre serrarle a due a due dia-
metralmente opposte.
Di fianco la tabella con i valori da utilizzare se non diver-
samente specificato nelle varie sezioni del presente
manuale.
Se siamo in presenza di una serie di viti lubrificate va
assunto il 60% del valore della coppia di serraggio, mentre
se ci troviamo in presenza di viti non lubrificate va assunto
il 70% del valore riportato in tabella.
pReCARICO e mOmeNTO DI SeRRAGGIO peR VITI CON
fILeTTATURA ISO A pASSO GROSSO (fig. a).
pReCARICO e mOmeNTO DI SeRRAGGIO peR VITI CON
fILeTTATURA ISO A pASSO fINe (fig. b).
Il precarico è stato calcolato pari al 70% del carico di
snervamento minimo.
Il momento torcente è stato calcolato impiegando la for-
mula (39) del manuale Junker & Blume, ed attribuendo al
coefficiente di attrito µ ges il valore medio µ ges = 0,14.
2
Nl
Alle schroeven moeten altijd met een dynamometrische
sleutel vastgedraaid worden.
Het te vast aandraaien van de schroeven kan ze bescha-
digen, terwijl niet genoeg aandraaien de doelmatigheid
belemmert.
elke schroef heeft op grond van de diameter en de klasse
zijn specifieke waarde voor het ijken van de dynamom-
etrische sleutel.
Indien er meer schroeven zijn voor dezelfde component
(bijv. stootblok, platen, motorreductors ), dan moeten ze
altijd twee tegelijk diametrisch tegenovergesteld aange-
draaid worden.
Hiernaast is er de tabel met de te gebruiken waarden
indien deze niet anders gespecificeerd zijn in andere delen
van dit handboek.
Indien we gesmeerde schroeven hebben, dan wordt 60%
van de waarde voor het aanhaalkoppel aangenomen, ter-
wijl dit 70% van de in de tabel weergegeven waarde wordt
indien de schroeven niet gesmeerd zijn.
VOORLADING eN VASTDRAAImOmeNT VOOR SCHROe-
VeN meT BReDe ISO SCHROefDRAAD (afb. a).
VOORLADING eN VASTDRAAImOmeNT VOOR SCHROe-
VeN meT SmALLe ISO SCHROefDRAAD (afb. b).
De voorlading is berekend als 70 % van de lading waarbij
vervorming optreedt.
Het draaimoment is berekend door gebruik te maken van
de formule (39) uit het Junker & Blume handboek waarbij
aan de wrijvingscoëfficiënt µ ges de gemiddelde waarde
µ ges = 0,14 wordt toegekend.
Fr
Toutes les vis doivent toujours être serrées avec la clé
dynamométrique.
Un serrage excessif peut endommager les vis, alors que
un serrage insuffisant pourrait limiter leur fonctionnalité.
Chaque vis, en fonction de son diamètre et de sa
classe, a une valeur spécifique pour le réglage de la clé
dynamométrique.
Dans le cas de plusieurs vis pour un même élément (par
exemple, cercle de rotation, plaques, motoréducteurs) il
est nécessaire de serrer celles diamétralement opposées
deux par deux.
Ci-contre le tableau avec les valeurs à utiliser, sauf
indications contraires dans les différentes sections du
présent manuel.
Dans le cas d'une série de vis lubrifiées la valeur à
considérer correspond à 60% de la valeur du couple
de serrage, alors que dans le cas de vis non lubrifiées
elle correspond à 70% de la valeur indiquée dans le
tableau.
pRéCHARGe eT COUpLe De SeRRAGe pOUR VIS AVeC
fILeTAGe ISO À pAS GROS (fig. a).
pRéCHARGe eT COUpLe De SeRRAGe pOUR VIS AVeC
fILeTAGe ISO À pAS fIN (fig. b).
La précharge calculée correspond à 70% de la charge
d'élasticité minimum.
Le moment de torsion a été calculé en utilisant la formule
(39) du manuel Junker & Blume, et en attribuant la valeur
moyenne µ ges = 0,14 au coefficient de friction µ ges.

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières