Hydraulische Aansluiting; Bescherming Van De Installatie; Installatie Met Positieve Aanzuighoogte - Wilo SiFire EN Série Notice De Montage Et De Mise En Service

Nederlands
• De hoofdschakelinrichting moet worden
geplaatst in een brandbeveiligde ruimte, exclu-
sief bestemd voor stroomtoevoer.
• Elektrische aansluitingen in de hoofdschakel-
kast moeten zo worden aangebracht dat er
elektriciteit geleverd blijft worden aan het
schakelpaneel van de pomp, zelfs als de stroom
naar de andere voorzieningen uitvalt.
• De toevoerleidingen van de brandbluspomp,
geclassificeerd als toevoerleidingen voor veilig-
heidsdiensten CEI 64.8 – 56, mogen alleen
beveiligd zijn tegen kortsluiting en direct con-
tact.
Ze mogen niet beschermd zijn tegen overbelas-
ting!
• Raadpleeg voor beveiliging de eisen van het
elektriciteitsproject (aardaansluiting,
equipotentiaalverbinding)
• Sluit de accu's voor dieselpompen aan
• Controleer of alle elektrische verbindingen goed
vastzitten

7.4.2 Hydraulische aansluiting

Sluit de volgende circuits aan op het transportre-
servoir of het toevoerreservoir, in overeenstem-
ming met de eisen van de norm:
• Debietmeetcircuit voor de pomptest. Als een
retour naar het reservoir niet mogelijk is, zorg dan
voor afvoer naar de afwatering van de hoofdlei-
ding (zie afb. 5).
• Recirculatieleidingen. Het recirculatiecircuit wordt
gebruikt ter voorkoming van oververhitting van en
schade aan pompen die in bedrijf blijven als het
drukniveau in het systeem is bereikt en totdat ze
handmatig worden uitgeschakeld door geautori-
seerd personeel.
• Sprinklertoevoercircuit van de brandblusinstalla-
tieruimte.
• Sluit de hoofdpomp en de jockeypomp aan op de
brandblusinstallatie in overeenstemming met de
norm EN 12845 en het installatieschema.
• Sluit de jockeypomp direct aan op het waterreser-
voir m.b.v. een zuigleiding van de juiste afmetin-
gen om problemen bij het aanzuigen van de pomp
te voorkomen.
• Controleer de voorvulling van de jockeypomp en
stel deze af op de drukwaarde die moet worden
aangehouden in het systeem volgens de instruc-
ties op het reservoir of in de handleiding ervan.

7.4.3 Bescherming van de installatie

• De specifieke norm voor brandblusinstallaties
omvat beveiligingen tegen kortsluiting m.b.v.
HOV-zekeringen, die een beginstroom voor het
starten van elektrische motoren toelaten gedu-
rende een periode langer dan 20 seconden. Deze
zekeringen bevinden zich in de schakelpanelen
van de elektrische pompen. Er zijn geen thermi-
sche beveiligingen voorzien voor de hoofdbrand-
bluspompen.
82
• Thermische beveiliging tegen overbelasting van
de jockeypomp is geïnstalleerd in de regelkast
ervan. Deze moet worden gekalibreerd op een
waarde die iets hoger is dan de opgenomen of
nominale stroom (in) voor de motor.
• Er is niet seriematig beveiliging tegen gebrek aan
water in de pompen voorzien. In geval van nood
moeten pompen al het beschikbare water uit de
reservoirs gebruiken om de brand te blussen.
• Als er dieselmotoren aanwezig zijn, beheert het
elektronische schakelpaneel van de dieselmotor
de bedrijfsparameters van de motor en eventuele
alarmmeldingen. Raadpleeg voor meer informatie
over schakelinrichtingen van dieselmotoren de
specifieke handleiding van het schakelpaneel.
Tips voor installatie
• Afhankelijk van de installatiewijze die voor het
project is voorzien, kan de installatie correct func-
tioneren als de volgende punten zijn gecontro-
leerd:
• leidingen zijn dusdanig geplaatst dat ophoping
van lucht wordt voorkomen.
• zuigleidingen tussen het inlaatpunt en het
pomptransport moeten zo kort mogelijk zijn. De
diameter ervan moet geschikt zijn en gelijk aan
of groter dan het vereiste minimum voor het
behouden van de maximale snelheid zoals aan-
gegeven in de norm EN 12845
• leidingen vertonen geen lekkages of luchtin-
dringing
VOORZICHTIG! Gevaar voor uitval van de pomp!
Kleppen en afsluiters mogen niet direct op de
pompaanzuiging worden geïnstalleerd.
• Bevestig een excentrische kegel zoals aangege-
ven in de norm EN 12845

7.4.4 Installatie met positieve aanzuighoogte

[afb. 6a - 6b] (zoals gedefinieerd in EN 12845,
punt 10.6.2.2)
• Controleer of het minimumpeil voor de opslag-
tanks of het historische minimumpeil voor schijn-
baar onuitputtelijke reservoirs voldoet aan de
voorwaarden voor het installeren van de installa-
tie.
• Zorg dat de diameter van de zuigleidingen niet
kleiner is dan DN65 en controleer of de maximale
zuigsnelheid niet hoger is dan 1,8 m/s.
• Controleer of de NPSH aan de zuigzijde van de
pomp minimaal 1 meter hoger is dan de NPSH die
vereist is voor het debiet en bij de maximale
watertemperatuur.
• Monteer een zuigkorf aan de buitenzijde van het
waterreservoir aan de zuigleidingen met een dia-
meter van minstens 1,5 keer de nominale diame-
ter van de leiding, die geen deeltjes met een
diameter groter dan 5 mm doorlaat.
• Installeer een afsluiter tussen de zuigkorf en het
waterreservoir.
WILO SE 12/2019