Veiligheidsvoorschriften Voor Montage- En Onderhoudswerkzaamheden; Gevaren Wanneer De Veiligheidsaanwijzingen Niet Worden Nageleefd; Veiligheidsaanwijzingen Voor De Gebruiker; Ongeoorloofde Gebruikswijzen - Wilo SiFire EN Série Notice De Montage Et De Mise En Service

Nederlands
worden. Indien nodig, kan dit in opdracht van de
gebruiker door de fabrikant van het product wor-
den uitgevoerd.
2.3 Gevaren wanneer de veiligheidsaanwijzingen
niet worden nageleefd
Het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften
kan een risico voor personen en product/installa-
tie en gevaren voor het milieu tot gevolg hebben.
Het niet opvolgen van de veiligheidsvoorschriften
kan leiden tot het verlies van elke aanspraak op
schadevergoeding.
Zo kan het niet opvolgen van de aanwijzingen bij-
voorbeeld de volgende risico's opleveren:
• Gevaar voor personen door elektrische, mechani-
sche en bacteriologische werking,
• Vervuiling van het milieu door lekkage van scha-
delijke stoffen.
• Materiële schade
• Verlies van belangrijke functies van het product/
de installatie.
• Voorgeschreven onderhouds- en reparatieproce-
dures die niet uitgevoerd worden

2.4 Veilig werken

De veiligheidsvoorschriften in deze installatie- en
bedieningsvoorschriften, de bestaande nationale
voorschriften ter voorkoming van ongevallen en
eventuele interne werk-, bedrijfs- en veiligheids-
voorschriften van de gebruiker moeten in acht
worden genomen.

2.5 Veiligheidsaanwijzingen voor de gebruiker

Dit apparaat is niet bedoeld om gebruikt te wor-
den door personen (kinderen inbegrepen) met
verminderde fysieke, sensorische of geestelijke
vermogens of een gebrek aan ervaring en/of ken-
nis, behalve als zij onder toezicht staan van een
voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of
van deze persoon instructies hebben gekregen
over het gebruik van het apparaat. Zie erop toe dat
er geen kinderen met het apparaat spelen.
• Indien zeer warme of zeer koude onderdelen van
het product/de installatie gevaren kunnen ople-
veren, moeten er op die bewuste locaties maatre-
gelen worden getroffen om aanraken te verhinde-
ren.
• Afschermingen die het aanraken van bewegende
onderdelen (zoals de koppeling) verhinderen,
mogen niet worden verwijderd zolang het product
in bedrijf is.
• Lekkages (bijv. van de asafdichtingen) van scha-
delijke vloeistoffen (die explosief, toxisch of heet
zijn) moeten worden afgevoerd zodat er geen
gevaar ontstaat voor personen of voor het milieu.
Nationale wettelijke voorschriften moeten wor-
den nageleefd.
• Licht ontvlambare materialen moeten steeds op
een veilige afstand van het product worden
gehouden.
• Gevaren verbonden aan het gebruik van elektri-
sche energie dienen te worden vermeden Lokale
voorschriften of algemene richtlijnen [bijv. IEC,
VDE, enz.] en voorschriften van lokale stroom-
voorzieningsbedrijven moeten worden nageleefd.
76
2.6 Veiligheidsvoorschriften voor montage- en
onderhoudswerkzaamheden
De gebruiker dient ervoor te zorgen dat alle instal-
latie- en onderhoudswerkzaamheden worden uit-
gevoerd door geautoriseerd en gekwalificeerd
personeel dat beschikt over voldoende informatie
door het nauwkeurig bestuderen van de bedie-
ningsvoorschriften.
Werkzaamheden aan het product/de installatie
mogen alleen worden uitgevoerd wanneer deze
niet in bedrijf is. De in de installatie- en bedie-
ningsvoorschriften beschreven procedure voor
het stilzetten van het product/de installatie moet
absoluut in acht worden genomen.
Onmiddellijk na beëindiging van de werkzaamhe-
den moeten alle veiligheidsvoorzieningen en -
inrichtingen weer aangebracht resp. in werking
gesteld worden.
2.7 Eigenmachtige ombouw en vervaardiging van
reserveonderdelen
Eigenmachtige ombouw en vervaardiging van
reserveonderdelen brengt de veiligheid van het
product/personeel in gevaar en maakt de verkla-
ringen van de fabrikant in verband met de veilig-
heid ongeldig.
Wijzigingen van en aan het product zijn alleen
toegestaan na overleg met de fabrikant. Originele
reserveonderdelen en door de fabrikant goedge-
keurde toebehoren waarborgen de veiligheid. Het
gebruik van andere onderdelen doet onze aan-
sprakelijkheid voor de gevolgen te niet.

2.8 Ongeoorloofde gebruikswijzen

De gebruiksveiligheid van het geleverde product is
alleen gewaarborgd bij correct gebruik overeen-
komstig paragraaf 4 van de bedieningsvoorschrif-
ten. De in de catalogus/het gegevensblad
aangegeven boven- en ondergrenswaarden
3 Transport en opslag vóór gebruik mogen in geen geval worden overschreden.
De brandblusinstallatie wordt aangeleverd op een
pallet. De installatie wordt d.m.v. een plastic zak
beschermd tegen vocht en stof.
De uitrusting moet worden getransporteerd
m.b.v. goedgekeurde hefwerktuigen. (Zie voor-
beeld in afb. 1)
WAARSCHUWING! Gevaar voor lichamelijk let-
sel!
Er moet rekening worden gehouden met de sta-
tische stabiliteit van de installatie. Het hanteren
van het materiaal moet worden uitgevoerd door
gekwalificeerd personeel dat uitsluitend
gebruikmaakt van geschikte en goedgekeurde
werktuigen.
Hijsbanden moeten worden bevestigd aan de
ringbouten aan het basisframe.
De verdelers zijn niet bedoeld om het systeem te
hanteren en mogen niet worden gebruikt om
lasten voor transport vast te zetten.
WILO SE 12/2019