Boren Van De Gaten In De Vloerprofielen; Forage De Trous Dans Les Profils De Plancher - Cargo Floor CF 500 SLi–21-112 Instructions De Montage

Table des Matières

Publicité

Cargo Floor B.V.
P.O. Box 271
NL-7740 AG Coevorden
Phone:
+31-(0)524- 593900
Fax:
+31-(0)524- 593999
NL
Het boren van de gaten in de vloerdelen dient te gebeuren voordat deze worden geplaatst. Men dient er
op te letten dat door de verschillende afstanden van de bewegende framevoeten in het aandrijfsysteem de
gaten versprongen moeten worden geboord (zie figuur 20).
Het opmeten van de gaten dient als volgt te gebeuren:
• Controleer of alle 3 de cilinders geheel ingetrokken zijn. U controleert dit als volgt, de uiteinden van
de zuigerstangen mogen niet verder dan 5-10 mm uit de kunststof stanggeleiding steken;
• Meet volgens figuur 20 de maat van de binnenzijde achterdeur tot het eerste gat in de vinger die
gemonteerd zit op de bewegende framevoet welke het dichtst bij de cilinders zit. Bij gebruik van een
Cargo Floor schuine eindkap trekt u 50 tot 60 mm (is 40 mm voor de eindkap + 10-20 mm extra
ruimte) van deze maat af. Bij gebruik van een andere eindafdichting voor het vloerprofiel trekt u, de
maat van het uitstekende deel van deze eindafdichting + 10 tot 20 mm af;
• Voordat u gaat boren dienen alle vloerprofielen met de afdichtingsgroef in dezelfde richting te liggen.
Let hierbij speciaal op dat het sluitprofiel (figuur 18) met een groef aan twee zijden geboord
wordt op de afstand welke overeenkomt met het gatenpatroon van de eerste of laatste
bewegende framevoet;
• Boor vervolgens conform figuur 21 het benodigd aantal vloerprofielen per bewegende framevoet (bij
een standaard 21-planks systeem zijn dit 7 vloerprofielen). Gebruik hiervoor de Cargo Floor boormal,
artikelnummer 9111009;
• Met de boormal boort u aan de binnenzijde van het vloerprofiel 4 gaten (voor de Power Speed 6
gaten) van Ø 4,5 mm voor, waarbij de meegeëxtrudeerde referentielijn het midden van het boorgat
aangeeft. Daarna boort u vanaf dezelfde richting de gaten op tot rond Ø 12,5 mm;
• Vervolgens dient men de gaten vanaf de bovenzijde te verzinken. Gebruik hiervoor een goede
verzinkboor volgens specificatie G136 HSS DIN 335 C, code G13628.0 (zie figuur 19). Let goed op
dat het gat tot op de juiste diepte verzonken wordt, de kop van de bout mag nooit boven het
vloerprofiel uitsteken. Zie figuur 21.

FORAGE DE TROUS DANS LES PROFILS DE PLANCHER

Le forage des trous dans les pièces de plancher doit avoir lieu avant le placement de celles-ci. Il faut
particulièrement veiller à ce que, en raison des distances différentes des pieds de bâti dans le système de
commande, les trous soient forés en quinconce (voir schéma 20).
La mesure des trous doit se faire comme suit:
• Contrôlez que les cylindres sont tous les 3 entièrement rentrés. Vous pouvez le contrôler comme
suit : les extrémités des tiges de cylindre ne peuvent dépasser de plus de 10 mm le guide de la tige en
plastique ;
• Mesurez la taille du côté intérieur de la porte arrière, selon le schéma 20, jusqu'au premier trou dans
le crochet monté sur le pied de bâti mobile qui se trouve le plus près du cylindre. Lors de l'utilisation
d'un bouchon terminal en biais Cargo Floor, enlevez 50 à 60 mm à cette mesure (les 40 mm du
bouchon terminal + 10-20 mm marge supplementair). Lors de l'utilisation d'un autre bouchon
terminal pour le profil de plancher, enlevez la taille de la partie dépassant de ce bouchon + 10 à 20
mm.
www.cargofloor.nl
info@cargofloor.nl
HET BOREN VAN DE GATEN IN DE VLOERPROFIELEN
© 2005 Cargo Floor B.V. Coevorden, Holland
Versie 01/30-06-2005
Blz. 37

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

Cf3 lp- 11-215

Table des Matières