Husqvarna Z448 Manuel D'utilisation page 154

Let op:
Duw het product met de hand op
een vrachtwagen of aanhanger. Duw niet met de
besturingshendels.
6. Om het aandrijfsysteem in te schakelen, draait u
de omloophendels in de verticale stand.
Het maaidek in de transportstand of
maaistand zetten
Het maaidek moet tijdens transport in de
transportstand staan.
• Trap het maaidekliftpedaal in totdat het maaidek
vastgrijpt in de transportstand.
• Trap het dekontgrendelingspedaal in en trek
aan de transportontkoppelingshendel om het
maaidek te laten zakken tot de maaistand.
Maaihoogte afstellen
1. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand
zetten op pagina 154 .
2. Plaats de pen (A) in het gat voor de juiste
maaihoogte. (Fig. 43)
3. Trap het maaidekliftpedaal (B) in en trek de
transportontkoppelingshendel (C) naar achteren
om het maaidek te laten zakken tot de
maaistand.
De motor starten
1. Ga op de stoel zitten.
2. Druk de PTO-knop in om de aandrijving op het
maaidek uit te schakelen. (Fig. 36)
3. Zet het maaidek in de transportstand. Zie
maaidek in de transportstand of maaistand
zetten op pagina 154 .
4. Schakel de parkeerrem in. Zie
en uitschakelen op pagina 153 .
5. Zet de gashendel (A) in de stand voor halfgas.
(Fig. 44)
6. Als de motor koud is, trekt u de chokehendel (B)
omhoog.
7. Open de klep van de brandstoftank.
8. Druk de contactsleutel (C) in en draai de sleutel
naar de startstand.
9. Laat, zodra de motor start, de contactsleutel
meteen los naar de werkstand.
Let op:
Houd de contactsleutel niet langer
dan 5 seconden achter elkaar in de startpositie.
Als de motor niet start, wacht dan 15 seconden
voordat u het opnieuw probeert.
10. Als de motor koud is, drukt u de chokehendel
langzaam omlaag.
11. Laat de motor 3 tot 5 minuten draaien met
halfgas voordat u volgas geeft.
154
Het
Het
De parkeerrem in-
12. Duw de gashendel naar de stand voor volgas.
Het product gebruiken
1. Start de motor. Zie
154 .
2. Schakel de parkeerrem uit. Zie
in- en uitschakelen op pagina 153 .
3. Duw de 2 besturingshendels voorzichtig naar
voren. Het product begint vooruit te rijden. De
voorwaartse snelheid neemt toe naarmate de
2 besturingshendels meer naar voren worden
geduwd. (Fig. 45)
4. Trek de 2 besturingshendels voorzichtig naar
achteren. Het product begint achteruit te rijden.
De achterwaartse snelheid neemt toe naarmate
de 2 besturingshendels meer naar achteren
worden getrokken.
5. Zet de 2 besturingshendels in de neutrale stand
om de snelheid te verlagen en het product te
stoppen.
6. Voer de volgende stappen uit om naar links of
rechts te draaien als u vooruit rijdt.
a) Trek de linker besturingshendel naar
achteren in de richting van de neutrale stand
om het product naar links te laten draaien.
Hoe meer u de linker besturingshendel naar
achteren trekt, hoe meer het product naar
links draait. (Fig. 46)
b) Trek de rechter besturingshendel naar
achteren in de richting van de neutrale stand
om het product naar rechts te laten draaien.
Hoe meer u de rechter besturingshendel naar
achteren trekt, hoe meer het product naar
rechts draait. (Fig. 47)
7. Voer de volgende stappen uit om nauwkeurig op
de plek te draaien, wat ook wel zero-turn wordt
genoemd.
a) Trek de 2 besturingshendels naar achteren
in de richting van de neutrale stand om
de snelheid te verlagen of het product te
stoppen.
b) Beweeg 1 besturingshendel iets naar voren
en de andere iets naar achteren om een
zero-turn te maken.
8. Zet het maaidek omlaag in de maaistand. Zie
Het maaidek in de transportstand of maaistand
zetten op pagina 154 .
9. Trek aan de PTO-knop om de aandrijving van de
messen in te schakelen.
Maaihoogte afstellen op pagina 154 als het
10. Zie
nodig is om de maaihoogte aan te passen tijdens
het gebruik.
Motor uitschakelen
1. Zet de 2 besturingshendels in de neutrale stand
om het product te stoppen.
2. Schakel de parkeerrem in.
De motor starten op pagina
De parkeerrem
2237 - 002 - 22.03.2024