i) Controleren van de motorfunctie
• Vóóruit u een motorbehuizing uitvoert, moet u de vliegangst laden en zich ervan verzekeren dat het model tijdens
de test stevig wordt vastgehouden. Let op, dat geen losse voorwerpen zoals papier of plastic folie door de propeller
aangezogen kunnen worden.
• Houd in ieder geval voorwerpen en ook lichaamsdelen uit het draaibereik van de propeller weg.
• Neem om de motortest uit te voeren eerst de zender in bedrijf en schakel vervolgens de ontvangstinstallatie van
het model in.
Attentie, belangrijk!
Voor u de schermverlichting (zie afbeelding 10, pos. 6) aan het model indrukt, verzekert u zich ervan dat
de stuurknuppel voor de motorfunctie zich in de onderste stand "Motor Uit" bevindt.
• Is dit niet het geval, dan start de propeller direct na het bedienen van de veiligheidstoets, hierbij bestaat een groot
gevaar voor verwondingen! Bovendien is schade aan het model e.d. mogelijk.
• Nadat u de juiste stand van de schuifregelaar voor de motorfunctie gecontroleerd resp. gecorrigeerd heeft, kunt u
de veiligheidstoets bij het model bedienen.
• Als de stuurknuppel voor de motorfunctie traag naar boven/voor wordt geschoven, loopt de propeller aan en ver-
hoogt het toerental naargelang de stand van de stuurknuppel. Het max. toerental is dan bereikt, als de stuurknuppel
zich tegen de bovenste aanslag bevindt.
• Voer een korte motortest uit, waarbij u het regel- en uitschakelgedrag van de motor test. Schakel vervolgens eerst
de ontvangstinstallatie en daarna de zender weer uit.
106
Afbeelding 18