bepaalt de slijpdiepte.
• Bij het slijpen van de zaagtanden moe-
ten volgende waarden in acht geno-
men worden:
- slijphoek (30°)
- borsthoek (85 °)
- Dakhoek (60°)
- slijpdiepte (0,65 mm)
- diameter van de ronde veil
(4,0 mm)
Deviations from the measure-
ment data of the cutting
geometry can lead to an increase of
the spring-back slope of the machi-
ne. Increased danger of accident!
Voor het slijpen van de ketting zijn spe-
ciale werktuigen noodzakelijk, waarvan
de messen de juiste hoek hebben en in
de juiste diepte geslepen zijn. Onervaren
gebruikers van kettingzagen raden wij
aan de ketting door een vakman of in een
werkplaats te laten slepen. Als u het slij-
pen van de ketting op u neemt, kunt u het
gereedschap van bv. Parkside kopen (bv.
kettingslijpapparaat).
1. Om te zorgen dat de tanden
goed kunnen worden geslepen,
dient de ketting strak rond het
zwaard te zitten.
2. voor het slijpen is een ronde vijl
met een diameter van 4,0 mm
vereist.
Andere diameters beschadi-
gen de ketting en verhogen
het gevaar op ongevallen bij
het werken met de zaag.
3. Slijp enkel van binnen naar buiten.
Leidt de veil van de binnenkant van de
zaagtand naar buiten. Houdt de veil
omhoog als u ze terugtrekt.
4. Slijp eerst de tanden aan een kant.
Draai de zaag om en slijp de tanden
aan de andere kant.
5. De ketting is versleten en moet door
een nieuwe vervangen worden als er
slechts nog ca. 4 mm van de zaagtand
over is.
6. Na het slijpen, moeten alle snijdelen
even lang en breed zijn.
7. Na 3 keer slijpen, moet telkens de
slijpdiepte (dieptebegrenzing) gekont-
roleerd worden en de hoogte met
behulp van een platte vijl aangepast
worden. De dieptebegrenzing moet ca.
0,65 mm tegenover de zaagtand naar
achter geplaatst worden. Rond daarna
de dieptebegrenzing een beetje naar
voor af.
Spanning instellen
Het instellen van de kettingspanning is in
het gedeelte over "Montage - kettingzaag
spannen" beschreven.
• Schakel het apparaat uit en haal de
accu uit het apparaat.
• Kontroleer de spanning regelmatig en
stel deze zo veel mogelijk bij zodat de
ketting nauw aan het geleispoor ligt,-
maar toch nog los genoeg zit om et de
hand aan te kunnen trekken.
Nieuwe ketting laten inlopen
Bij een nieuwe ketting vermindert de span-
kracht na enige tijd. Daarom moet u na de
eerste 5 snedes, daarna in grotere afstan-
den, de ketting opnieuw aanspannen.
Bevestig nooit een ketting op
een afgesleten aandrijfwiel
of een beschadigd zwaard.
NL
BE
91