Originele handleiding
TRANSPORT EN VERVOER VAN DE LASSTROOMBRON
De lasstroomvoeding is uitgerust met één of meerdere handvatten waarmee het apparaat met de hand gedragen
/ verplaatst kan worden. Let op : onderschat het gewicht niet. De handvatten mogen niet gebruikt worden om het
apparaat aan omhoog te hijsen.
Gebruik de kabels niet om de lasstroombron te verplaatsen.
Til nooit het apparaat boven personen of voorwerpen.
INSTALLATIE VAN HET MATERIAAL
• Zorg dat er voldoende ruimte is om de machine te ventileren en om toegang te hebben tot het controlepaneel.
• Niet geschikt voor gebruik in een ruimte waar geleidend metaalstof aanwezig is.
• De voedingskabels, verlengsnoeren en laskabels moeten helemaal afgerold worden om oververhitting te voorkomen.
De fabrikant kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor lichamelijk letsel of schade aan voorwerpen veroorzaakt
door niet correct of gevaarlijk gebruik van dit materiaal.
ONDERHOUD / ADVIES
• De gebruikers van dit apparaat moeten een adequate opleiding hebben gevolgd, zodat ze deze machine optimaal
en veilig kunnen gebruiken (bijvoorbeeld : een opleiding tot autoschade-hersteller).
• Voordat u een voertuig gaat repareren, moet geverifieerd worden of de fabrikant van het voertuig de door u
gebruikte lastechniek goedkeurt.
• Het onderhoud en de reparatie van de generator mogen alleen door de fabrikant uitgevoerd worden. Iedere vorm van onderhoud
op deze generator uitgevoerd door derden zal de garantievoorwaarden nietig verklaren.
De fabrikant kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor ieder incident dat zich voordoet nadat het apparaat door derden
onderhouden of gerepareerd is.
• Haal de stekker uit het stopcontact om de elektriciteitsvoorziening te onderbreken, en wacht vervolgens minstens twee minuten
voordat u werkzaamheden gaat uitvoeren op het apparaat. Aan de binnenkant van het apparaat zijn de spanningen hoog en
gevaarlijk.
• Al het lasmateriaal is aan slijtage onderhevig. Let er op dat uw lasgereedschap schoon blijft, zodat het apparaat optimaal kan
functioneren.
• Haal regelmatig de behuizing van het apparaat af, en maak het apparaat met een blazer stofvrij. Maak van deze gelegenheid gebruik
om met behulp van geïsoleerd gereedschap ook de elektrische verbindingen te laten controleren door gekwalificeerd personeel.
• Controleer regelmatig de staat van de voedingskabel en de staat van de kabel van het lascircuit. Als er slijtage zichtbaar is, moeten
de betreffende onderdelen worden vervangen door de fabrikant, de after-sales dienst of een bekwaam en gekwalificeerd persoon, om
ieder risico te vermijden.
• Laat de ventilatie-opening van de lasstroombron vrij zodat de lucht goed kan circuleren.
ELEKTRISCHE VOEDING
• Dit materiaal wordt geleverd met een 16 A aansluiting type CEE7/7, en mag alleen gebruikt worden in combinatie
met een 90V tot 240V enkelfase geaarde elektrische installatie (50 - 60 Hz).
• De permanente geabsorbeerde stroom (I1p of ILp) zoals vermeld in het gedeelte « elektrische eigenschappen » van
deze handleiding is van toepassing bij optimale gebruiksomstandigheden. Controleer of de stroomvoorziening en de
bijbehorende beveiligingen (netzekering en/of hoofdschakelaar) geschikt zijn voor de stroom die nodig is voor het
gebruik van dit apparaat. In sommige landen kan het nodig zijn om elektrische aansluiting aan te passen om het
toestel optimaal te kunnen gebruiken.
ELEKTRISCHE EIGENSCHAPPEN
Permanente primaire maximale kortsluitingsstroomsterkte I1cc /
ILcc
Nominale voedingsspanning U1N
Frequentie
Nominale nullastspanning U20 / U2d
Permanent vermogen Sp
Permanente voedingsstroom I1p / ILp
Secondaire maximale kortsluitingsstroomsterkte I2cc
Permanente secondaire lasstroom I2p
64
CAPATEK 66 FV
4.71A
90-240 V
1 ~ 50-60 Hz
50-200 V
0,2 kVA
0,9 A / 2,5 A
13 000 A
110 A
NL