Télécharger Imprimer la page

Riello GULLIVER RS Serie Instructions Pour L'installation, L'utilisation Et L'entretien page 47

Brûleurs gaz à air soufflé, fonctionnement à 2 allures

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Controleer de afstelling van de luchtdrukschakelaar en van de gasdrukschakelaar.
De brander gedurende ± 10 minuten op vollast laten draaien en de goede afstelling van alle in deze handleiding
opgenomen parameters controleren, zowel in 1
Voer dan een verbrandingsanalyse uit en controleer hierbij het volgende:
Percentage CO
(%);
2
Ionisatiestroom (µA);
5.1 VISUELE DIAGNOSEFUNCTIE CONTROLEDOOS
De bijgeleverde controledoos heeft een visuele diagnosefunctie waarmee de mogelijke oorzaken van
storingen kunnen worden opgespoord (signaal: RODE LED).
Om deze functie te gebruiken, moet de ontgrendelingknop minstens 3 seconden lang ingedrukt gehouden
worden vanaf het moment dat hij vergrendeld is.
De controledoos brengt een volgorde pulsen voort die met constante tussenpozen van 2 seconden her-
haald wordt.
RODE LED brandt
ontgrendeling 3 sec. indrukken
De volgorde van de door de controledoos voortgebrachte pulsen geeft de mogelijke soorten storingen aan die in
de volgende tabel worden opgenoemd.
SIGNAAL
2 pulsen
3 pulsen
4 pulsen
6 pulsen
7 pulsen
OPGELET
Om de controledoos na de weergave van de visuele diagnosefunctie te resetten moet
de ontgrendelingsknop worden ingedrukt.
3086
ste
als in 2
CO-gehalte (ppm);
Temperatuur van de rookgassen aan de schouw.
Na de veiligheidstijd wordt er geen signaal van stabiele vlam gedetecteerd:
– ionisatiesonde defect;
– gaskleppen defect;
– fase/nulleider omgekeerd;
– ontstekingstransformator defect;
– slechte afstelling van de brander (onvoldoende gas).
Minimumluchtdrukschakelaar sluit niet of is reeds gesloten voor het sluiten van
de limietthermostaat:
– luchtdrukschakelaar defect;
– luchtdrukschakelaar slecht geregeld;
Licht in de kamer voor de ontsteking of bij het doven van de brander:
– aanwezigheid van vreemd licht voor of na de omzetting van de limietthermostaat;
– aanwezigheid van vreemd licht tijdens de voorventilatie;
– aanwezigheid van vreemd licht tijdens de naventilatie.
Verlies van ventilatielucht:
– luchtverlies tijdens de voorventilatie;
– luchtverlies tijdens na de veiligheidstijd.
Vlam verdwijnt tijdens de werking:
– slechte afstelling van de brander (onvoldoende gas);
– gaskleppen defect;
– kortsluiting tussen ionisatiesonde en aarde.
de
vlamgang.
Tussenpoos
Pulsen
MOGELIJKE OORZAAK
13
NL
NOx -gehalte (ppm);
2s
Pulsen

Publicité

loading