Mountfield 2135H Mode D'emploi page 38

Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 17
NL
8 Wanneer de motor is gestart, duwt u de
gashendel geleidelijk naar vol gas (ongeveer 2
cm achter de chokestand) als u de choke
gebruikt hebt.
9. Laat de machine na een koude start niet
onmiddellijk belast werken, maar laat de motor
eerst een paar minuten warmdraaien. Op die
manier kan de olie eerst opwarmen.
Bij gebruik van de machine altijd vol gas geven.
6.5 BEDIENINGSTIPS
Controleer altijd of de juiste hoeveelheid olie in de
motor zit. Dit is met name belangrijk bij het
werken op hellingen. Zie 6.2.
Wees voorzichtig bij het rijden op
hellingen. Start of stop niet plotseling
wanneer u een helling op- of afrijdt.
Rijd nooit dwars over een helling. Rijd
van boven naar beneden en van
beneden naar boven.
Deze machine mag op een helling van
maximaal 10° rijden.
Verminder de snelheid op hellingen en
bij scherpe bochten om controle over de
machine te houden en het risico op
kantelen te beperken.
Draai bij rijden in de hoogste
versnelling en bij vol gas het stuur niet
volledig naar één kant. De machine kan
dan kantelen.
Blijf met uw handen uit de buurt van de
middensturing en de zittinghouder.
Anders kunt u bekneld raken! Rijd
nooit met de machine als de motorkap
open is.
Rijd nooit als het maaidek in de
transportpositie staat. Dit veroorzaakt
schade aan de aandrijfsnaar van het
maaidek.
6.6 STOPPEN
Schakel de krachtafnemer uit. Trek de parkeerrem
aan.
Laat de motor 1-2 minuten stationair draaien. Zet
de motor af door de contactsleutel om te draaien.
Sluit de benzinekraan. Dit is vooral belangrijk als
de machine op bijv. een aanhanger vervoerd moet
worden.
Als u de machine zonder toezicht
achterlaat, moet u de bougiekabel(s)
losmaken van de bougie(s). Trek ook de
sleutel uit het contactslot.
Direct na gebruik kan de motor
bijzonder heet zijn. Raak de demper, de
cilinder of de koelribben niet aan. Dit
kan ernstige brandwonden
veroorzaken.
38
All manuals and user guides at all-guides.com
NEDERLANDS
6.7 REINIGING
Reinig de machine na gebruik. Voor het reinigen
gelden de volgende richtlijnen.
• Sproei nooit rechtstreeks water op de motor.
• Reinig de motor met een borstel en/of perslucht.
• Reinig de luchtinlaat van de motor.
• Start na het reinigen de machine en een
7.1 ONDERHOUDSPROGRAMMA
Om de machine voortdurend in goede staat te
houden, de betrouwbaarheid en veiligheid te
bevorderen en het milieu te ontzien, moet het
onderhoudsprogramma van GGP worden gevolgd.
We raden u aan elke vorm van onderhoud aan een
bevoegde servicewerkplaats over te laten. Dit
garandeert dat de werkzaamheden worden verricht
door bekwaam personeel en dat originele
reserveonderdelen worden gebruikt.
7.2 VOORBEREIDING
Alle service en onderhoud moet worden
uitgevoerd op een stilstaande machine waarvan de
motor is uitgeschakeld.
7.3 BANDENSPANNING
Pas de bandenspanning op de volgende manier
aan:
Voorzijde: 0,4 bar (6 psi).
Achter: 1,2 bar (17 psi).
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Om het gevaar op brand te verkleinen
de motor, de demper, de accu en de
brandstoftank vrijhouden van gras,
bladeren en olie.
Om het gevaar op brand te verkleinen
regelmatig controleren of er sprake is
van olie- en/of brandstoflekkage.
Spuit nooit water onder hoge druk op
de machine. Hierdoor kunnen asafdich-
tingen, elektrische onderdelen of hyd-
raulische kleppen beschadigd raken.
Spuit nooit lucht onder hoge druk tegen
de radiatorvinnen. Hierdoor zal de
radiator beschadigd raken.
eventueel gemonteerd maaidek om water te
verwijderen dat anders lagers zou kunnen
binnendringen en beschadigen.
7 ONDERHOUD
Zorg dat de machine niet kan
wegrollen. Gebruik daarom altijd de
parkeerrem.
Voorkom dat de motor onbedoeld start
door de bougiekabel(s) los te maken van
de bougie(s) en de contactsleutel te
verwijderen.

Publicité

Table des Matières
loading

Table des Matières