ALGEMEEN
Vóór het opstarten van de electrische pomp vult men het pomplichaam en de aanzuigslang met de vuldop. Controle-
er dat er geen lekken zijn, sluit de dop en start de pomp. Indien de electrische pomp voor lange perioden ongebruikt
blijft, moet men vóór het opnieuw opstarten alle handelingen voor het vullen herhalen.
Maak de pomp los van het
1.
electrische net
Verwijder de dop van het
2.
pomplichaam (9).
Draai hennep om de
3.
schroefdraden van de
aanzuigslang (teflonband is niet
geschikt, omdat het aantastbaar
is bij contact met diesel of
andere brandstoffen) en draai de
antiterugkeerklep (3) aan.
Vul de aanzuigslang (2) en dicht
4.
de schroefdraden af met hennep.
De pomp is nu bedrijfsklaar. Steek de stekker in een contactdoos van 230 V en druk de schakelaar in. Opmerking: het
is raadzaam om de vloeistof van het reservoir niet helemaal op te zuigen teneinde te voorkomen dat de pomp ook
lucht opzuigt en opnieuw moeten worden gevuld.
HOOFDSTUK 6
ONDERHOUD EN SCHADEONDERZOEK
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
Voor iedere onderhoudsingreep moet de verbinding met het net worden onderbroken.
Controleer regelmatig dat de aanzuigopening van de pomp niet verstopt is door eventueel onraad.
Om mogelijke storingen te voorkomen raadt men aan om regelmatig de geleverde druk en de stroomopname te
controleren. Een afname van de druk is een teken van slijtage van de electrische pomp. Zand en andere bijtende
materialen in de vloeistof in de uitgaande leiding veroorzaakt een snelle slijtage en een vermindering van de presta-
ties. In dit geval wordt aangeraden een filter te installeren. Een verhoging van de stroomopname is een teken van
abnormale mechanische in de pomp en/of in de motor.
In het geval dat de electrische pomp voor een lange periode ongebruikt moet blijven (bijvoorbeeld een heel jaar),
raadt men aan hem helemaal te legen, de pomp te spoelen met schoon water en op te bergen op een droge plaats en
veilig voor de vorst.
De leidingen in de set van Multioil zijn geschikt voor de doorgang van gasolie, maar bieden geen garantie bij een
langdurige stilstand van deze vloeistof . Maak de leidingen na elk gebruik leeg en reinig ze regelmatig. De integriteit
van het product is niet gewaarborgd bij gebruik met andere vloeistoffen dan gasolie of water.
De leidingen mogen bovendien niet rechtstreeks aan weersinvloeden worden blootgesteld: extreem lage tempera-
turen, warmte of rechtstreekse blootstelling aan zonnestralen kunnen een nadelig effect hebben op de kwaliteit en
breuken veroorzaken.
Draai de aanzuigslang goed op de
5.
aanzuigopening aan de zijkant (1)
van het pomplichaam.
Vul het pomplichaam door de
6.
uitlaatopening (5), totdat de
diesel net niet uit het luchtgat (9)
komt en het niveau van de diesel
stabiel blijft.
Voorzie de schroefdraden van
7.
de kleine beluchtingschroef (9)
van hennep en controleer dat de
vuldop goed is gesloten.
HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN AONDERHOUND
Voorzie ook ook de
8.
schroefdraden van de slang
van de uitgaande leiding (6)
van hennep en schroef hem
zorgvuldig aan de uitlaatopening
(5).
Voor het aansluiten van het
9.
leverpistool op dezelfde manier
te werk gaan.
NL
41