NL
HANDLEIDING VOOR GEBRUIK EN AONDERHOUND
HOOFDSTUK 4
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Nagaan of de spanning en de frekwentie, zie plaatje, overeenkomen met die van het beschikbare voedin-
gsnet.
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
De man die verantwoordelijk is voor de installatie moet nagaan of de elektrische voedingsinstal-
latie voorzien is van een doeltreffende grondaarding volgens de geldende normatieven.
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
Het is nodig na te gaan of de elektrische voedingsinstallatie voorzien is van een differentiele
schakelaar met hoge gevoeligheid Δ=30 mA (DIN VDE 0100T739)
BESCHERMING TEGEN OVERBELASTING
De pompen MULTIOIL hebben een ingebouwde thermische motorbeveiliging. In geval van overbelasting zal de pomp
tot stilstand komen. Nadat de motor afgekoeld zal hij weer automatisch opstarten. (Voor storingen, oorzaken en
oplossingen: zie storingzoeken, punt 3).
Electrische voedingskabels en verlengkabels mogen geen doorsnede hebben onder H07RN-F. De steker en de
aansluitingen moeten worden beschermd tegen waterspetters.
Men wordt verzocht om zich te wenden tot een gespecialiseerde electriciën.
HOOFDSTUK 5
INBEDRIJFSTELLING (ZIE FIG.1)
WAARSCHUWING
Gebruik de elektrische pomp alleen binnen het op het plaatje aangegeven bedrijfsgebied.
WAARSCHUWING
Voorkom in ieder geval dat de pomp zonder water loopt, anders kan hij oververhit raken. In dat geval zal het
water in het systeem erg heet worden en kan men zich daaraan pijn doen. Men moet dan de stekker eruit
trekken en laten afkoelen.
WAARSCHUWING
Laat de electrische pomp niet draaien met de uitgaande leiding helemaal dicht.
WAARSCHUWING
Laat de electrische pomp niet met gesloten uitgaande leiding of selectieklep draaien. In geval van gebruik
met diesel, kan de eventueel ontwikkelde warmte, veroorzaakt door gesloten uitgaande leiding, brandge-
vaar veroorzaken.
Voordat men de pomp in bedrijf stelt, moet men controleren dat de motor vrij kan draaien en geen enkele hinder
daarbij ondervindt.
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN VOOR HET IN BEDRIJF STELLEN
Voorkom dat de pomp wordt blootgesteld aan vochtigheid. Bescherm de pomp tegen regen. Controleer dat er
zich geen druppelende verbindingsstukken boven de pomp bevinden. Gebruik de pomp niet in natte of vochtige
omgevingen.Controleer dat de pomp en de electrische aansluitingen op plaatsen zijn geïnstalleerd waar overstro-
mingen ze niet kunnen bereiken. Vóór het gebruik de pomp altijd aan een controle met het oog (vooral de kabels van
netvoeding en de steker) onderwerpen.Indien de pomp is beschadigd mag deze niet worden gebruikt.
In geval van beschadigingen mag men de pomp uitsluitend laten controleren door een gespecialiseerde service-
dienst. Niet de pomp transporteren aan de kabel en niet aan de kabel trekken om de steker uit de contactdoos te
halen. Bescherm de steker en de voedingkabels tegen warmte, olie en scherpe hoeken.
GEVAAR - RISICO VOOR ELECTRISCHE SCHOKKEN
Het voedingssnoer mag uitsluitend door gekwalificeerd personeel worden vervangen.
40