Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
Geachte klant,
Deze handleiding legt de werking van de NT-310 gyro uit, gelieve deze aandachtig te lezen voor gebruik van de gyro.
Technische kenmerken
Voedingsspanning
Werkingstemperatuur
Gewicht
Afmetingen
Installatie en configuratie
1°
Kleef de gyro op een trillingsarme plaats in het model met behulp van dubbelzijdige kleefband. Let erop dat de as
van de gyro en de hoofdas van de helicopter parallel lopen (as van de gyro // hoofdrotoras). Plaats de gyro op een
afstand minstens 3 cm van de motor.
2°
Sluit de kabels van de gyro aan op de ontvanger: kanaal van de staartrotorservo (kan 4) en gevoeligheid (enkele
draad- kan 5). De staartservo wordt aangesloten op de gyro zelf.
3°
Kies een knop of schuifschakelaar voor kanaal 5. Regel in het menu ATV (endp,travel adj), de uitslag van kanaal 5
op 75% en de uitslag van kanaal 4 op 100% .(Fig.5)
4°
Schakel eerst de zender aan en dan de ontvanger. Beweeg het model niet terwijl de LED knippert.
5°
Kijk na of de servo arm en de aanstuurstang loodrecht op elkaar staan wanneer de staartrotorstick in het midden
staat. Er mag geen speling zitten op de stuurstang-servoarm connectie.
6°
Beweeg de staartrotorstick en kijk na of de staartrotorbladen in de juiste richting bewegen. Indien deze in de
verkeerde richting bewegen, keer de richting van kanaal 4 om. (Fig. 6)
7°
Test of de gyro compensatie in de juiste richting gebeurt door de helicopter snel om de hoofdas te bewegen. Indien
de correctie in de verkeerde richting plaatsvindt, monteer de gyro ondersteboven.Herhaal deze test vervolgens om
nogmaals te controleren (Fig. 7)
Afstelling op het terrein
1°
Stijg op en corrigeer met behulp van de trimfunctie op de zender de rotatie van de helicopter. Als de helicopter
stilhangt, land, zet de trims terug neutraal en maak de aanstuurstang van de staart langer of korter om te compen-
seren voor het verschil in trim. Als de trim neutraal staat en de helicopter draait niet meer spontaan om zijn as, is
de stuurstang ideaal van lengte.
2°
Kijk na of de stuurmechaniek nergens blokkeert als de staartservo zijn eindpunt bereikt. Als dit gebeurt, kan u
mechanisch de servoweg verkleinen door de stuurstang aan te sluiten op een gaatje van de servoarm dat zich
dichter bij de servo bevindt.
Respecteer volgende richtlijnen
•
Bescherm de gyro tegen vibratie.
•
De aansturing en aandrijving van de staart moet zo stijf en spelingsarm mogelijk zijn. Indien er zich ergens te
veel speling bevindt, corrigeert de gyro onnodig veel wat de performantie en levensduur van de staartrotorservo
negatief beïnvloedt.
•
Maak bij voorkeur gebruik van een zeer stijve aanstuurstang (carbon) om een betere aansturing te bekomen.
•
De staartrotorbladen moeten altijd in goede staart verkeren. U vermijdt zo onnodige verliezen en verkrijgt een
efficiënter systeem.
•
De staartrotordiameter hangt af van het model (respecteer de richtlijnen van de fabrikant).
•
Voer regelmatig onderhoud en controle uit op uw model. Kijk vooral de aansturing van de staartrotor na.
Indicatie
•
Deze gyro is een zeer gevoelig apparaat dat alle beweging omzet in correctiesignalen. Wanneer de aansturing
correct en spelingsvrij gebeurt, is het verbruik verwaarloosbaar. Wanneer de aansturing incorrect gebeurt, zal de
gyro gevoelig meer stroom verbruiken.
N T- 3 1 0
GYRO
3-6 volt
-10°C<> +45°C
± 5 g met kabels
22 x 18 x 19 mm
PRO-301
Publicité
