(n° = seconden vanaf het ogenblik 0)
LED
*
RMG
*
Uit
Voor nadere informatie zie pag. 18.
(A)
LED
*
RMG
*
Uit
Voor nadere informatie zie pag. 18.
(B)
NORMALE ONTSTEKING
Geel
Groen
BRANDER ONTSTEEKT NIET
Geel
Rood
WERKING BRANDER
START BRANDER (A)
•
•
0 s : Het startprogramma van de elektri-
•
2 s : Start van de motor van de ventilator.
•
3 s : Start servomotor: hij draait open tot
• 28 s : Start servomotor: Hij draait dicht tot
• 43 s : De luchtklep en de gassmoorklep
• 45 s : Doven van de vonk.
• 53 s : Als de thermostaat TR gesloten is,
Rood
D3028
TIJDENS WERKING (A)
Installatie voorzien van een TR thermostaat
Na de startfase gaat de regeling van de servo-
motor over op de thermostaat TR die de druk of
de temperatuur in de ketel controleert, punt D.
(De elektrische branderautomaat zet in ieder
geval de controle van de vlamaanwezigheid en
van de correcte stand van de luchtdrukschake-
laar voort).
• Wanneer de temperatuur of de druk toeneemt
tot aan de opening van de TR, sluit de servo-
motor de gassmoorklep en de luchtklep en de
brander gaat van de 2° naar de 1° vlamgang,
traject E-F.
• Wanneer de temperatuur of de druk afneemt
tot aan de sluiting van de TR, opent de servo-
motor de gassmoorklep en de luchtklep en de
brander gaat van de 1° naar de 2° vlamgang.
Enzovoorts.
• De brander komt tot stilstand, wanneer minder
warmte gevraagd wordt dan die geleverd door
de brander in de 1° vlamgang, lijn G-H.
De thermostaat TL gaat open en de servomo-
tor zakt terug naar de 0° hoek begrensd door
de nok St0. De luchtklep sluit volledig om zo-
veel mogelijk thermische verliezen te voorko-
men.
Installatie zonder TR, vervangen door een
brug
De brander start net als in het vorige geval. Ver-
volgens, als de temperatuur of de druk toe-
neemt totdat de TL opent, gaat de brander uit
(deel A-A in het diagram).
GEBREK AAN VLAMONTSTEKING (B)
Bij gebrek aan vlamontsteking, treedt de veilig-
heidsstop van de brander in werking tussen 3
sec. na de opening van de gasregelklep en 49
sec. na de sluiting van TL. Het veiligheidslampje
van de branderautomaat begint te branden.
HET UITGAAN VAN DE BRANDER IN WER-
KING
Als de vlam per ongeluk tijdens het in werking
zijn dooft, treedt de veiligheidsstop van de bran-
D3029
der binnen 1 sec. in werking.
16
: Sluiting afstandsbesturing (thermo-
staat) TL.
Start servomotor: hij draait open tot
de vastgestelde hoek op nok St1
komt.
Na ongeveer 3s:
sche installatie is begonnen.
interventie van het contact op nok
St2.
De luchtklep staat in de positie van
het vermogen in 2de vlamgang.
Voorventilatiefase
met
luchtdebiet
van het vermogen in 2de vlamgang.
Duurtijd 25 s.
de vastgestelde hoek op nok St1
komt.
staan in de positie van het vermogen
in 1° vlamgang.
Vonk aan de ontstekingselektrode.
De elektromagnetische veiligheidsaf-
sluiter VS en de elektromagnetische
regelklep VR gaan open, snelle ope-
ning. De vlam ontvlamt bij een laag
vermogen, punt A. Het debiet neemt
vervolgens geleidelijk toe, trage ope-
ning
van
de
elektromagnetische
regelklep, tot het MIN. vermogen, 1°
vlamgang, punt B.
draait de servomotor nog door tot de
inschakeling van de nok St2 en
brengt de luchtklep en de gassmoor-
klep in de positie van de 2° vlamgang,
traject C-D.
Loopt het startprogramma van de
elektrische installatie ten einde.