Inbouwhandleiding
&
Pagina met afbeeldingen uitklappen!
De inbouw en reparatie van de kachel mogen uitslui-
tend door geschoold personeel worden uitgevoerd. Vóór
aanvang van de werkzaamheden de inbouwhandleiding zorg-
vuldig doorlezen en opvolgen!
Bij het niet naleven van de inbouwvoorschriften of
ondeskundige inbouw kunnen er levensgevaarlij-
ke situaties ontstaan!
Gebruiksdoel
Deze kachel is geconstrueerd voor de inbouw in caravans.
De inbouw in boten, campers (voertuigklasse M1), au-
tobussen (voertuigklasse M2 en M3), bedrijfswagens
(voertuigklasse N) en in voertuigen voor het transport
van gevaarlijke stoffen is niet toegestaan.
Bij inbouw in speciale voertuigen moeten de daarvoor gel-
dende voorschriften in acht worden genomen.
Andere toepassingen zijn na overleg met Truma mogelijk.
Voorschriften
Vrijwarings- en garantieclaims vervallen en aansprakelijk-
heidseisen worden uitgesloten met name in onderstaande
gevallen:
– veranderingen aan het apparaat (inclusief accessoires),
– veranderingen aan de rookgasafvoer en aan de
dakschoorsteen/wandafvoer,
– gebruik van andere dan originele Truma-onderdelen als re-
serveonderdelen en accessoires,
– het niet opvolgen van de inbouwhandleiding en de
gebruiksaanwijzing.
Bovendien vervalt de wettelijke goedkeuring van het apparaat
en in veel landen daardoor ook de wettelijke goedkeuring van
het voertuig.
Het jaar waarin het apparaat voor het eerst in gebruik
wordt genomen, moet op het typeplaatje (zie inbouw-
voorbeeld, 9) worden aangekruist.
De inbouw in voertuigen moet voldoen aan de technische
en administratieve bepalingen van het betreffende land van
gebruik (bijv. EN 1949). Nationale voorschriften en regelingen
(in Duitsland bijv. het DVGW-werkblad G 607) moeten in acht
worden genomen.
Nadere gegevens over de voorschriften in de betreffende be-
stemmingslanden kunnen via onze buitenland-vertegenwoor-
digingen (zie www.truma.com) worden opgevraagd.
Plaatskeuze
1. Het apparaat en de rookgasafvoer ervan moeten zodanig
worden ingebouwd dat het voor servicewerkzaamheden te
allen tijde goed toegankelijk is en gemakkelijk kan worden uit-
en ingebouwd.
2. De kachel kan in de kledingkast met een inbouwkast (afb. A1)
of vrij in de binnenruimte met een achterwand (afb. A2) worden
ingebouwd. Bij de keuze van een plaats moet erop worden
gelet dat de gaten volgens het vloersjabloon kunnen worden
geboord. Standaard bevindt de aansluiting van de rookgasaf-
voerpijp zich aan de linkerkant (bedieningsknop rechts).
Desgewenst is het apparaat ook met aansluiting van de rook-
gasafvoerpijp aan de rechterkant leverbaar.
3. Rookgasafvoeren moeten zodanig worden geïnstal-
leerd dat er geen rookgassen binnen in het voertuig
kunnen komen.
4. Bij de inbouw van een watervoorziening in het voertuig
moet erop worden gelet dat er tussen de waterslangen en de
warmtebron (bijv. kachel, warmeluchtbuis) voldoende afstand
wordt aangehouden.
Een waterslang mag pas op een afstand van 1,5 m van de
kachel langs de warmeluchtbuis worden gelegd. De Truma
slangclip SC (art.-nr.: 40712-01) kan vanaf deze afstand wor-
den gebruikt. Bij het langs elkaar leggen, bijv. bij een doorvoer
door een wand, moet er een afstandhouder (bijv. isolatie) wor-
den aangebracht om het contact te vermijden.
5. Bij het aanbrengen van een geperforeerde lade boven de
kachel die bijvoorbeeld dient voor het drogen van voorwerpen
is er absoluut altijd een tussenschot van ongelamineerd hout
(min. diepte 250 mm) nodig. Afdekkingen van de inbouw-
ruimte moeten uit temperatuurbestendig materiaal (geen PVC
of dergelijke) bestaan.
Rookgasafvoer via de dakschoorsteen
Een geopend dakraam / hefdak in de buurt van de dak-
schoorsteen houdt het risico in dat er rookgas in het
voertuig kan binnendringen. Daarom mag de schoorsteen in
geen geval in de buurt van deze opening worden geplaatst. Is
dit niet volledig mogelijk, dan mag de kachel alleen bij geslo-
ten dakraam / hefdak worden gebruikt. Om dit te verduidelij-
ken, moet de inbouwfirma bovendien een sticker (art.-nr.
30090-37100) goed zichtbaar bij het dakraam / hefdak
aanbrengen.
De aanzuigbuis voor de verbrandingslucht (bij rookgas-
afvoer via het dak) mag niet binnen het spatbereik van
de wielen liggen, eventueel een spatvanger aanbrengen.
Rookgasafvoer en verbrandingsluchttoevoer
door de zijwand
Afbeelding B
De wandafvoer moet zodanig worden aangebracht dat
er zich binnen 500 mm (A) geen tankopening of tankontluch-
tingsopening bevindt. Bovendien moet er bij de keuze van de
plaats op worden gelet dat er zich direct boven en 300 mm
opzij van de afvoer geen te openen venster, luiken of ontluch-
tingsopeningen voor het woongedeelte bevinden.
Voor een veilig gebruik is het absoluut noodzakelijk dat
de wandafvoer op de voorgeschreven hoogte wordt
aangebracht. Deze hoogte (afstand tussen kachelvoet en het
midden van de opening voor de rookgasafvoerschacht) is af-
hankelijk van de gebruikte pijplengten.
Om te zorgen voor een gelijkmatige en snelle verdeling
van de warme lucht en een daling van de oppervlakte-
temperaturen van de kachel, adviseren wij de inbouw van een
Truma warmeluchtinstallatie.
Inbouw kachel
– Inbouw in de kledingkast met inbouwkast EKM
1. In de voorkant van de kast een uitsparing van 440 mm
hoog en 480 mm breed uitzagen. De inbouwkast provisorisch
in de uitsparing van de kast plaatsen.
2. De vloersjabloon zodanig in de inbouwkast leggen dat deze
exact achter in de hoeken aanligt (L = rookgasafvoeraanslui-
ting links, R = rookgasafvoeraansluiting rechts). Zet de sja-
bloon met punaises vast. Verwijder de inbouwkast.
3. Volgens de sjabloon een opening in de bodem van Ø 15 mm
voor de condenswaterafvoer boren en de 4 punten voor de be-
vestigingsschroeven voorprikken
45