4
KETTING
Voor een langere levensduur van de ket-
tingaandrijving, is het aan te raden om
regelmatig de spanning te controleren.
Altijd vrijhouden van vastzittend vuil en
insmeren.
Zorg ervoor dat het smeermiddel in geen
enkel geval de achterband of de remschijf
bereikt, anders zouden de grip van de
band op de weg en het functioneren van
de achterrem aanzienlijk worden vermin-
derd en zou gemakkelijk de controle over
de motor kunnen worden verloren.
KETTINGSPANNING
CONTROLEREN EN AANPASSEN
Parkeer de motor op een vlakke en stabiele
bodem.
Span de ketting aan als deze meer dan
20 mm speling heeft.
20 mm
• Draai de pin 1 los.
A
1
B
NL
69