Het Opsporen En Verhelpen Van Storingen - DAB JET Série Mode D'emploi
Masquer les pouces
Voir aussi pour JET Série:
Table des Matières
Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
8.2
Het opsporen en verhelpen van storingen
Hieronder vindt u een tabel met enkele suggesties met betrekking tot het repareren van de groep in het geval van storingen.
STORINGEN
DE GROEP ZUIGT ZICH NIET VOL.
DE GROEP START NIET.
DE GROEP STOPT NIET.
TIJDENS DE WERKING VAN DE
GROEP STARTEN EN STOPPEN
DE POMPEN TE VAAK.
NEDERLANDS
MOGELIJKE OORZAKEN
1.
Te kleine diameter aanzuigleiding;
gebruik van teveel verbindingsstukken,
die bruuske veranderingen van richting
veroorzaken in de aanzuigleiding; sifon
2.
effect.
3.
Aanzuigleiding verstopt.
Lucht in de aanzuigleiding van de groep.
4.
Voetklep verstopt of geblokkeerd.
5.
Watercirculatie tussen de pompen van
de groep.
6.
Afsluitkleppen op de aanzuiging van
iedere pomp gedeeltelijk gesloten.
1.
Hoofdschakelaar aandrijfkracht en/of
hoofdschakelaar
uitgeschakeld (in stand "0").
2.
Geen spanning op de hulpcircuits.
3.
Automatische
omkeerinrichting
defect (alleen voor groepen met drie
pompen).
4.
Geen
stroomtoevoer
contactgevers van de pompen.
5.
Elektrisch circuit onderbroken.
1.
Grote waterlekken in de installatie.
2.
Drukschakelaars of drukzenders defect
of verstopt.
1.
Expansievaten beschadigd.
2.
De afstellingen van de start- en
stopdrukwaarden liggen te dicht bij
elkaar.
1.
Controleer of de aanzuigleiding correct
geconstrueerd is, volgens de aanwijzingen
uit de paragraaf "Installatie".
2.
Schoonmaken of vervangen.
3.
Controleer, aan de hand van een druktest,
de afdichting van de verbindingsstukken, de
koppelingen en de leidingen.
4.
Schoonmaken of vervangen.
5.
De functionering van de terugslagkleppen
op de aanzuiging van de pompen
controleren.
6.
De kleppen volledig openen.
1.
De schakelaars in de stand "1" zetten en
hulpcircuit
controleren of het groene lampje dat
aangeeft dat er spanning op het paneel staat
gaat branden.
2.
Controleer de transformator en de
SZ3
zekeringen.
3.
De ingangs- en uitgangsconnectors van het
wisselcontact XC1 en XC2 met elkaar
verbinden en onmiddellijk een nieuwe
automatische omkeerinrichting bestellen.
naar
de
4.
De correcte werking van de volgende, in
serie geschakelde bedieningen controleren:
afstandsbediening; drukschakelaar voor
minimumdruk: vlotter voor minimumpeil.
5.
Met een tester het punt van onderbreking
opsporen en repareren.
1.
Controleer
verbindingsstukken, leidingen.
2.
Hen schoonmaken of vervangen.
1.
De vatten leegmaken en de voorbelasting
controleren (zie de paragraaf "Instructies
voor het bedrijf van de groep").
Het
geperforeerd is.
2.
De afstellingen veranderen (zie de paragraaf
"Afstellingen van de groep").
49
OPLOSSINGEN
koppelingen,
membraan
vervangen
als
dat
Publicité
Chapitres
Table des Matières
