Storch HVLP SmartFinish Mode D'emploi page 28

Brand- en explosiegevaar
Ontvlambare dampen zoals oplosmiddel- en lakdampen op de werkplek kunnen exploderen of vlam vatten.
Door de volgende maatregelen kan het brand- en explosiegevaar worden verkleind:
Geen ontvlambare of brandbare materialen naast open vuur of ontstekingsbronnen zoals sigaretten,
motoren en elektrische installaties verstuiven.
Wanneer lak- of oplosmiddelen door de installatie stromen, kan statische elektriciteit ontstaan. Statische
elektriciteit gegenreert brand- en explosiegevaar, wanneer lak- en oplosmiddelendampen aanwezig zijn.
Alle delen van het spuitsysteem, inclusief pomp, slangen, spuitpistool, en objecten in de buurt van het spui-
tbereik moet ter bescherming tegen statische ontladingen en vonken correct worden geaard. Gebruik alleen
originele luchtslangen van STORCH.
Controleer of alle reservoirs en opvangsystemen geaard zijn om statische ontladingen te vermijden.
Sluit het apparaat op een geaard stopcontact aan en gebruik een geaarde verlengkabel. Gebruik geen stek-
keradapters zonder randaarde.
Geen lakken of oplosmiddelen met halogeen-koolwaterstoffen gebruiken.
Zorg ervoor dat de omgeving waar gespoten wordt, altijd goed geventileerd is. Er moet altijd voldoende
frisse lucht in de ruimte circuleren. Zorg ervoor dat de pomp zich in een goed geventileerde ruimte bevindt.
Niet op de pomp spuiten.
In de spuitruimte niet roken.
Geen lichtschakelaars, motoren of vergelijkbare producten die vonken produceren in het spuitbereik gebru-
iken.
Zorg ervoor dat de ruimte schoon blijft en geen lak- en oplosmiddelverpakkingen/reservoirs, stoffen of ande-
re ontvlambare materialen bevat.
Neem de bestanddelen van de verspoten lakken en oplosmiddelen in acht. Lees alle informatiebladen over
de materiaalveiligheid en de verpakkingsetiketten voor de gebruikte lakken en oplosmiddelen. Volg de vei-
ligheidsvoorschriften van de lak- en oplosmiddelenfabrikant op.
Er moet altijd een bedrijfsklare brandblusser bij de hand zijn.
Het spuitapparaat genereert vonken. Wanneer brandbare vloeistoffen in of in de buurt van het spuitapparaat
worden gebruikt of voor spoelen of reinigen worden gebruikt, dan moet het spuitapparaat ten minste 6 m
van alle brandbare dampen verwijderd zijn.
GEVAAR DOOR ELEKTRISCHE SCHOK
Foutieve aarding of instelling en een foutief gebruik van het systeem kan tot elektrische schokken leiden.
Voor het uitvoeren van servicewerkzaamheden altijd de schakelaar uitschakelen en de stekker uit het stop-
contact trekken.
Alleen geaarde stopcontacten gebruiken.
Alleen 3-aderige verlengkabels gebruiken.
De aardingscontacten moeten zowel op het spuitapparaat als ook bij de verlengkabels intact zijn.
Gevaar door onjuist gebruik van het apparaat
Onjuist gebruik van het apparaat kan tot zware of dodelijke verwondingen leiden.
Draag bij het spuiten altijd handschoenen, een veiligheidsbril en een ademmasker.
Gebruik het apparaat niet in de buurt van kinderen. Zorg ervoor dat er nooit kinderen in de buurt van de
installatie aanwezig zijn.
Ga niet op wankele steunen staan en reik niet te ver. Zorg altijd voor een veilige houding en balans.
Let altijd goed op wat u doet.
Bedien het apparaat niet wanneer u moe bent of onder invloed van medicamenten of alcohol bent.
De slang niet knikken of sterk buigen.
Stel de slang niet bloot aan temperaturen of drukwaarden boven de aangegeven specificaties.
Gebruik de slang niet om het apparaat te trekken of op te tillen.
Vertaling van de originele handleiding 28