• In de breektank vlotterschakelaar resp. elektroden
voor de droogloopbeveiliging zodanig positione-
ren dat de DEA bij een minimaal waterpeil wordt
uitgeschakeld (paragraaf 7.2.4).
• Controle van de draairichting bij pompen met
standaardmotor (zonder geïntegreerde frequen-
tie-omvormer): door middel van een kortstondige
inschakeling controleren of de draairichting van
de pompen (Helix V, MVI of MHI) overeenkomt met
de pijl op het pomphuis. Bij pompen van het type
MVIS wordt de juiste draairichting aangegeven via
het brandende bedrijfslampje in de klemmenkast.
Bij een verkeerde draairichting twee fasen verwis-
selen.
GEVAAR! Levensgevaar!
Voor het verwisselen van de fasen hoofdscha-
kelaar van de installatie uitschakelen!
• Controleren of de motorbeveiligingsschakelaar in
het regelsysteem op de juiste nominale stroom
(conform de gegevens op het motortypeplaatje) is
ingesteld.
• De pompen mogen slechts kort tegen de gesloten
afsluiter aan de perszijde draaien.
• Controle en instelling van de vereiste bedrijfspa-
rameters op het regelsysteem conform meegele-
verde inbouw- en bedieningsvoorschriften.
8.2 Droogloopbeveiliging (WMS)
De droogloopbeveiliging (WMS) (afbeelding 4)
voor de bewaking van de voordruk is af fabriek op
de waarde 1 bar (uitschakeling bij onderschrijding)
en 1,3 bar (herinschakeling bij overschrijding)
ingesteld.
8.3 In bedrijf stellen van de installatie
Nadat alle voorbereidingen en controlemaatrege-
len conform paragraaf 8.1 getroffen zijn, moet u
de hoofdschakelaar inschakelen en de regeling op
automatisch bedrijf instellen. De druksensor meet
de aanwezige druk en geeft een dienovereen-
komstig stroomsignaal aan het regelsysteem. Als
de druk kleiner is dan de ingestelde inschakeldruk,
schakelt dit regelsysteem, afhankelijk van de
ingestelde parameters en het regelingstype, eerst
de basislastpomp en eventueel ook de pieklast-
pomp(en) in, totdat de leidingen van de verbruiker
met water gevuld zijn en de ingestelde druk opge-
bouwd is.
WAARSCHUWING! Gevaar voor de gezondheid!
Als de installatie tot nu toe nog niet gespoeld is,
dient deze nu op zijn laatst goed doorgespoeld
te worden (zie paragraaf 7.2.3).
8.4 Buiten bedrijf stellen
Als de DEA voor het onderhoud, de reparatie of
andere maatregelen buiten bedrijf gesteld moet
worden, dient u als volgt te werk te gaan!
• Spanningstoevoer uitschakelen en tegen onbe-
voegde herinschakeling borgen.
• Afsluiter voor en achter de installatie sluiten.
• Membraandrukvat aan de doorstroomarmatuur
aflsuiten en leegmaken.
• Installatie eventueel compleet leegmaken.
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-DEA
9 Onderhoud
Voor optimale bedrijfsveiligheid bij zo laag moge-
lijke bedrijfskosten raden wij aan de DEA regelma-
tig te controleren en te onderhouden (zie norm
DIN 1988). Hiervoor is het raadzaam om een
onderhoudscontract met een vakspecialist of met
onze centrale servicedienst af te sluiten.
De volgende controles dienen regelmatig uitge-
voerd te worden:
• Controleren of de DEA bedrijfsgereed is.
• Controle van de mechanische afdichting van de
pomp. Voor de smering heeft de mechanische
afdichting water nodig dat in kleine mate uit de
afdichting kan uittreden. Als er opvallend veel
water uittreedt, moet de mechanische afdichting
vervangen worden.
Controleren of het membraandrukvat (aanbeve-
ling: om de 3 maanden) op de juiste voorpersdruk
is ingesteld (zie afbeelding 2b).
Voorzichtig! Gevaar voor materiële schade!
Bij een verkeerde voorpersdruk kan niet gega-
randeerd worden dat het membraandrukvat
goed werkt. Dit heeft een grotere slijtage van de
membranen tot gevolg en kan leiden tot storin-
gen in de installatie.
Hiervoor de tank aan de waterzijde drukloos
maken (doorstroomarmatuur sluiten (A, afbeel-
ding 2b) en het resterende water via de afvoer
voor het leegmaken laten wegvloeien (B, afbeel-
ding 2b)). Nu de gasdruk op het ventiel van het
membraandrukvat (boven, beschermkap verwij-
deren) door middel van een luchtdrukmeter con-
troleren (C, afbeelding 2b). Indien nodig, de druk
corrigeren door stikstof bij te vullen (P
inschakeldruk p
min 0,2-0,5 bar of waarde
min
conform de tabel op de tank (afbeelding 3) - Wilo-
servicedienst). Bij een te hoge druk stikstof laten
ontsnappen via het ventiel.
• Bij installaties met een frequentie-omvormer
moeten de in- en uitlaatfilters van de ventilator bij
sterke vervuiling gereinigd worden.
Als de installatie langere tijd buiten bedrijf gesteld
wordt (zoals onder 8.1), dient u als volgt te werk te
gaan en alle pompen leeg te maken door de ont-
luchtingsstoppen aan de voet van de pomp te
openen.
Nederlands
= pomp-
N2
73