Tijdens de meting bewaakt de BENING IT 105 de contactspanning Uc die toegepast wordt
op de beschermende geleider (PE). Als de contactspanning Uc > 25 V is, verschijnt „> 25 V"
in de digitale display 2 en kan de gebruiker de meting naar eigen goeddunken voortzetten.
Als de contactspanning Uc de waarde van > 50 V overschrijdt, wordt de meting afgebroken.
8.5.1
Meting met hoge teststroom (HIGH CURRENT)
Een meting van de lusimpedantie Z
waartse RCD-stroomonderbreker! Als de aardlekschakelaar wordt geactiveerd, verschijnt
„RCD" in de digitale display 2 en wordt de meting onderbroken.
-
Kies met de draaischakelaar 1 de gewenste functie Z
-
Op de digitale display 2 worden de symbolen van de functietoetsen F1 A tot F4 D kort weergegeven.
Met behulp van de functietoetsen F1 tot F4 3 kunnen de volgende instellingen worden gemaakt:
F1
L-PE / L-N
L-PE of L-N (F1):
De functietoets F1 3 bepaalt of de meting moet worden uitgevoerd tussen L-PE (lusimpedantie Z
(lijnimpedantie Z
).
I
AUTO start (F4):
Wanneer AUTO Start wordt geactiveerd, start de meting automatisch 4 seconden nadat de BENNING IT
105 op netspanning is aangesloten. Druk opnieuw op de functietoets F4 3 om te deactiveren.
-
Verbind de meetsnoeren volgens afbeelding 4, 5 of 6 met de BENNING IT 105 en maak contact met
het testobject.
-
Druk op de TEST-knop 4 om de meting te starten.
-
De hoofddisplay K toont de lusimpedantie (Z
getaste foutstroom (PFC)/kortsluitstroom (PSC).
8.5.2
Meting met zwakke teststroom (NO-TRIP)
Een meting van de lusimpedantie (Z
al geen stroomopwaartse RCD-stroomonderbreker! Bestaande foutstromen in het systeem
kunnen echter de meting beïnvloeden. Als de aardlekschakelaar wordt geactiveerd, ver-
schijnt „RCD" in de digitale display 2 en wordt de meting onderbroken.
-
Kies met de draaischakelaar 1 de gewenste functie Z
-
Op de digitale display 2 worden de symbolen van de functietoetsen F1 A tot F4 D kort weergegeven.
Met behulp van de functietoetsen F1 tot F4 3 kunnen de volgende instellingen worden gemaakt:
F1
L-PE / L-N
L-PE of L-N (F1):
De meting met een zwakke teststroom voert tegelijkertijd een test uit van de lusimpedantie (Z
nimpedantie (Z
). Het meetresultaat kan na het uitvoeren van de meting met de functietoets F1 3 worden
I
opgeroepen.
AUTO start (F4):
Wanneer AUTO Start wordt geactiveerd, start de meting automatisch 4 seconden nadat de BENNING IT 105
op netspanning is aangesloten. Druk opnieuw op de functietoets F4 3 om te deactiveren.
-
Verbind de meetsnoeren met de BENNING IT 105 volgens afb. 4, 5 of 6 en maak contact met het
testobject.
-
Houd de TEST-knop 4 ingedrukt om een meting te starten.
11/ 2018
(L-PE) met een hoge teststroom triggert een stroomop-
S
S
F2
–
)/lijnimpedantie (Z
S
) L-PE met een zwakke teststroom veroorzaakt meest-
S
S
F2
–
BENNING IT 105
/ Z
(HIGH CURRENT) G.
I
F3
–
) en de subdisplay J toont de onaan-
I
/ Z
(NO-TRIP) H.
I
F3
–
F4
AUTO
) of L-N
S
F4
AUTO
) en de lij-
S
78