NEDERLANDS
GEBRUIK VAN DE AANZUIGSLANG AAN DE ACHTERKANT (*)
(*)
Optioneel voor sommige landen.
Ga als volgt te werk voor het opzuigen van vuil/stof met de aanzuigslang aan de achterkant (22, Afb. G), alsmede met de
aanzuigmond (10, Afb. G).
1.
Ga te werk zoals uitgelegd in de paragraaf 'De afvalcontainer legen' en breng de afvalcontainer circa 10-15 cm omhoog en zet
de dieselmotor uit.
2.
Open het rechterklepje (16, Afb. G).
3.
Verwijder door middel van een geschikte ladder voorzichtig de schroef (1, Afb. I) en draai de pakking (2) op de aanzuigopening
(3) van de afvalcontainer.
4.
Breng de afvalcontainer volledig omlaag zoals uitgelegd in de paragraaf 'De afvalcontainer legen'.
5.
Zet de dieselmotor uit en trek de handrem met de hendel (7, Afb. E) aan.
6.
Haal de elastische sluitingen (25, Afb. G) van de aanzuigslang aan de achterkant (22) los.
7.
Open de klep van de aanzuigslang door de knop (1, Afb. J) zoals afgebeeld op te tillen tot deze niet meer verder kan en de
knop (1) in die positie vastzetten.
8.
Start de dieselmotor zoals werd beschreven in de specifi eke paragraaf.
9.
Controleer of de afvalcontainer (12, Afb. G) omlaag staat en dat het betreffende controlelampje (26, Afb. D) uit is.
10.
Zet de gashendel van de motor (16, Afb. E) langzaam naar voren en stel het toerental op het display (11, Afb. D) als volgt in:
•
minmaal, 1.800 toeren/min.
•
maximaal, 2.500 toeren/min.
11.
Start de aanzuigventilator met de hendel (14, Afb. E).
12.
Trek de handrem met de hendel (7, Afb. E) uit.
13.
Haal de elastieken banden (25, Afb. G) los en til de achterste aanzuigslang (22, Afb. G) omhoog.
14.
Trek aan de stekker (1, Afb. K) en draai de handgreep (2) in de stand die in de afbeelding wordt aangegeven. Blokkeer de
handgreep in deze stand en laat de stekker (1) los. Controleer of de stekker op zijn plaats gaat.
15.
Wanneer u de waterstraal voor stofbestrijding wilt gebruiken, opent u het kraantje (3, Afb. K) en zet u deze in de stand zoals in
de afbeelding.
16.
Begin met behulp van een tweede bediener met het verzamelen van het afval met de aanzuigslang aan de achterkant (4, Afb.
K) door deze beet te pakken zoals afgebeeld.
•
Tijdens de werkzaamheden verzamelt de machine licht materiaal (zoals stof, papier, bladeren, enz.) en zwaarder materiaal
(steentjes, fl essen, enz.).
17.
Voer de punten 1 tot en met 15 in omgekeerde volgorde uit om de machine weer te laten zuigen met de aanzuigmond (10, Afb.
G).
GEBRUIK VAN RUITENWISSERS EN -SPROEIERS
1.
Druk op de schakelaar (20, Afb. D) om de reinigingsvloeistof op de ruit te sproeien.
2.
Gebruik de schakelaar (20, Afb. D) om de ruitenwisser achter aan te zetten en te stoppen.
GEBRUIK VAN DE VERWARMING VAN DE STUURCABINE
1.
Draai naar wens tegen de klok in aan de hendel (15, Afb. E) voor het aanzetten van de verwarming van de cabine.
2.
Eén van de twee snelheden van de ventilator aandoen met de schakelaar (21, Afb. D).
3.
Doe de ventilator uit met de schakelaar (21, Afb. D) en draai met de klok mee tot deze niet verder kan om de verwarming uit te
zetten. (15, Fig. E).
GEBRUIK VAN DE KLIMAATREGELAAR VAN DE STUURCABINE (*)
(*)
Optioneel voor sommige landen.
1.
Draai voor het inschakelen van de klimaatregelaar de schakelaar (18, Afb. D) één slag waardoor de ventilator in de eerste
snelheid wordt gezet.
2.
Draai de schakelaar (18, Afb. D) naar de tweede slag om de tweede snelheid van de ventilator te activeren.
3.
Breng de schakelaar (18, Afb. D) terug naar de beginpositie om de klimaatregelaar uit te zetten.
18
GEBRUIKSAANWIJZING
33015501(3)2008-02 A
RS 501