Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING: Als u beschadigde
of versleten onderdelen niet vindt of
vervangt, loopt u een groot risico op
ernstige letsels. inspecteer de kettingzaag
regelmatig. een regelmatige inspectie is
de eerste stap van goed onderhoud. volg
de richtlijnen hieronder. op die manier kunt
u op een maximale en veilige manier van
de voordelen van het toestel genieten.
laat beschadigde of bovenmatig versleten
onderdelen onmiddellijk vervangen.
WAARSCHUWING: Een elektrisch
gereedschap waarvan de stekker in het
stopcontact steekt kan per ongeluk
worden gestart. trek de stekker van de
kettingzaag uit het stopcontact voordat
u deze klaarmaakt voor gebruik of
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
OPGELET: Reinig de kettingzaag niet
door ze in water of andere vloeistoffen
onder te dompelen.
Inspectie
Controleer de volgende onderdelen voor elk
gebruik en als de kettingzaag gevallen is:
• Snoer: controleer of het snoer in goede conditie
is en niet gebogen of verweerd is, en of de
isolatie intact is. Gebruik het snoer niet als het
beschadigd is. Neem contact op met een erkende
klantenservice.
• Handgrepen: de handgrepen aan de voor- en
achterkant moeten vrij zijn van scheuren of
andere schade. Ze moeten schoon en droog zijn.
• Voorste handbescherming: de voorste
handbescherming moet onbeschadigd zijn en
soepel heen en weer kunnen worden bewogen.
Door het bewegen van de handbescherming
dient de kettingrem te worden geactiveerd.
• Kettinggeleider: de kettinggeleider moet recht
zijn en moet vrij zijn van scheuren, barsten of
andere tekenen van overmatige slijtage.
Kettingzaag Model CS1500-092
Onderhoud en reiniging
• Zaagketting: de ketting moet de juiste
spanning hebben en vrij zijn van scheuren,
barsten, afgebroken tanden of andere tekenen
van overmatige slijtage. Zie in dit verband
'Spannen van de zaagketting' en 'Slijpen met
PowerSharp®'.
• Zijdeksel: het zijdeksel mag geen barsten of
andere sporen van schade vertonen. Het moet
nauw aansluiten bij het lichaam van de zaag en
mag niet kromgetrokken zijn. Controleer of de
kettingpal geen barsten vertoont.
• Kettingrem: test de kettingrem om zeker te
zijn dat deze correct werkt. Zie 'Testen van de
kettingrem' onder 'Algemene bediening'.
• Oliepeil: controleer of de olietank vol is voordat u
het gereedschap begint te gebruiken.
• Motorbehuizing: controleer op barsten in het
deksel en vuil in de luchttoevoeropeningen.
Voer regelmatig een inspectie uit op deze
onderdelen:
• Aandrijfkettingwiel: let op diepe groeven,
afgebroken tanden of bromgeluiden.
• Kettingspanner: controleer de spanner op
barsten, scheuren, losse schroeven, kromtrekken
of andere schade.
• Gedeelte van kettinggeleiderbevestiging onder
zijdeksel: controleer of het montagetapeind
van de kettinggeleider niet gebogen, gestript
of doorkruist is en of het handvat van de
kettinggeleider en de uitlijnflens intact en vrij van
vuil zijn.
Reiniging
OPGELET: Reinig de aandrijfkop van
de kettingzaag niet door deze in water of
andere vloeistoffen onder te dompelen.
Draag handschoenen.
• Trek de stekker van de kettingzaag uit het
stopcontact.
• Verwijder houtsplinters en ander vuil van de
motorbehuizing en de ventilatieopeningen.
• Verwijder altijd houtsplinters, zaagsel en vuil uit
de groef van de kettinggeleider wanneer u de
ketting vervangt.
• Zorg ervoor dat het snoer en de stekker droog
zijn voordat u deze op een stopcontact aansluit.
537