■ Vibratiereductiestand (VRII)
Het basisconcept van vibratiereductie
Nl
Cameratrilling
Laag
Zet de Vibratiereductiemodus-schakelaar op
Nl
NORMAL.
Zet de Vibratiereductiemodus-schakelaar op
ACTIVE.
Bij het maken van
foto's
Bij het maken van
panopnames
Bij het fotograferen
van een bewegend
voertuig
76
Cameratrillingen
fotograferen van
een bewegend
Panopnames
Intensiteit van de vibraties
Zet de Vibratiereductiemodus-
schakelaar op NORMAL of
ACTIVE.
Zet de Vibratiereductiemodus-
schakelaar op NORMAL.
Zet de Vibratiereductiemodus-
schakelaar op ACTIVE.
De ON/OFF-schakelaar voor
vibratiereductie instellen (fig. B)
ON:
bij het
voertuig
OFF:
De Vibratiereductiemodus-schakelaar
Hoog
instellen (fig. C)
Zet de ON/OFF-schakelaar voor vibratiereductie op ON
en kies een vibratiereductiestand met de
Vibratiereductiemodus-schakelaar.
NORMAL: Het vibratiereductiemechanisme
ACTIVE:
De effecten van cameratrillingen worden
verminderd wanneer de ontspanknop half
wordt ingedrukt en ook op het moment dat
de sluiter wordt losgelaten. Omdat de
vibratie wordt verminderd in de zoeker, is
het eenvoudiger om automatisch/
handmatig scherp te stellen en het
onderwerp precies te kadreren.
De effecten van cameratrillingen worden
niet verminderd.
vermindert in de eerste plaats de effecten
van cameratrillingen. De effecten van
cameratrillingen worden ook verminderd
tijdens horizontaal en verticaal pannen.
Het vibratiereductiemechanisme vermindert
effecten van zowel normale als intense
cameratrillingen, zoals bij het fotograferen
van een bewegend voertuig. In deze stand
worden de cameratrillingen niet automatisch
onderscheiden van panbewegingen.