Vetafscheider
Gebruik
4.4 Lediging en reiniging
Vetafscheiders moeten minstens eens per maand door competente personen worden leegge-
maakt en gereinigd,
stelling van het afvalwater ook vaker.
Datum en adres van het afvalbedrijf in het logboek invullen.
Bij de optionele ACO-vetlaagdiktemeter „Comfort" worden de datum en de gegevens
over het dikteverloop van de vetlaag op een geïntegreerde SD-kaart opgeslagen.
Cijfers tussen haakjes „()", zie afbeelding van de vetafscheider (voorbeeld Lipurat -OAE),
pagina 2
B
.
4.4.1 Controles
Bijkomende verwijderingsintervallen vastleggen. De capaciteit van de slibvanger (de helft
■
van het volume van de slibvangput) en de vetafscheider (volume van de vetvergaarruimte)
mag niet worden overschreden.
Bij vetafscheiders met een slib- en vetafzuigvoorziening of met een ledigings- en spoel-
■
systeem: voer een reinigings- en werkingscontrole uit; controleer indien nodig de vrije
uitloop van het vulsysteem volgens EN 1717.
Controleer de onderhoudsopening(en), in het bijzonder de toestand en dichtheid van de
■
pakking(en).
Maak de voorziening voor monsterneming schoon.
■
4.4.2 Basisuitvoering
Afvalwatertoevoer (1) onderbreken of het werk in de keuken stopzetten.
Î
Onderhoudsopening (5) openen en zuigslang (zuigwagen) insteken.
Î
Zuigpomp zolang inschakelen tot de inhoud van het reservoir ca. 1/4 gezakt is.
Î
Verharde vetlagen in het reservoir kleinmaken.
Î
Zuigpomp (zuigwagen) inschakelen en reservoir reinigen.
Î
Zuigpomp (zuigwagen) inschakelen en verontreinigd reinigingswater afzuigen.
Î
Zuigpomp (zuigwagen) uitschakelen en de zuigslang uit de revisieopening (5) nemen.
Î
Minstens 2/3 van het reservoir met vers water vullen.
Î
Onderhoudsopening (5) sluiten en afvalwatertoevoer (1) weer openen c.q. het werk in de
Î
keuken voortzetten.
250
hfdst. 1.5 „Kwalificatie van personen". Naargelang van de samen-