Bakstandenschakelaar
Draai de knop met de klok mee om één van de bakstanden in te stellen.
VERLICHTING
Bij het instellen van de knop in deze positie, licht het ovenlampje op.
De oven blijft verlicht als de schakelaar op één van de funkties is ingesteld.
TRADITIONEEL KOKEN-CONVECTIE
Werking van de onder- en bovenweerstand.
De warmte wordt door natuurlijke convectie verspreid en de temperatuur
moet geregeld worden van 50° tot 250 °C met de thermostaatknop. De oven
dient voorverwarmd te worden alvorens de gerechten in de oven te plaatsen.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die volledig gaargekookt moeten worden.
Vb: gebraad, varkensribben, schuimgebak (meringue).
ONDERSTE VERWARMINGSELEMENT
In deze stand wordt enkel het onderste verwarmingselement ingeschakeld.
De warmte verspreidt zich door natuurlijke convectie.
De temperatuur dient geregeld te worden van 50°C tot 250°C met de
thermostaatknop.
Aangeraden Gebruik:
Geschikt voor het verhitten van gerechten waarvan de bodem op een hoge
temperatuur moeten worden verhit.
WARMTE VAN BOVENAF
Uitsluitend het bovenste verwarmingselement wordt ingeschakeld.
De warmte wordt verspreid door de natuurlijke convectie en de temperatuur
kan met de thermostaatknop worden afgesteld tussen 50°C en 250°C.
Aangeraden Gebruik:
Snel en gelijkmatig laten rijzen van alle soorten deegwaren en vers
gekneed deeg of voor het afronden van bereidingen waarvoor meer
warmte aan de bovenkant nodig is.
36