Nederlands
WAARSCHUWING
■ Als de hendel van het spuitpistool wordt losge‐
laten ontstaat er in de hogedrukslang een
terugstoot. Door een terugstoot rekt de hoge‐
drukslang uit. Als de hogedrukslang niet volle‐
dig van de slanghaspel is afgerold, heeft de
hogedrukslang geen ruimte om uit te rekken
en kan de hogedrukslang beschadigd raken.
Er kan water met hoge druk ongecontroleerd
in de omgeving ontsnappen. Personen kunnen
ernstig letsel oplopen en er kan materiële
schade ontstaan.
► De hogedrukslang volledig afrollen.
► De hogedrukslang (1) volledig afrollen.
11.3
Hendel van het spuitpistool
indrukken en vergrendelen
Hendel van het spuitpistool indrukken
► De blokkeerhendel (1) in de stand
► Hendel (2) indrukken en ingedrukt houden.
De hogedrukpomp schakelt automatisch in en
er stroomt water uit het mondstuk.
Hendel van het spuitpistool vergrendelen
► Hendel (2) loslaten.
De hogedrukpomp schakelt automatisch uit en
er stroomt geen water meer uit het mondstuk.
De hogedrukreiniger blijft ingeschakeld.
► De blokkeerhendel (1) in de stand
64
11.4
Afhankelijk van de toepassing kan met de vol‐
gende sproeiers worden gewerkt:
– Vlakstraalsproeier: de vlakstraalsproeier is
geschikt voor het reinigen van grote vlakken.
– Rotorsproeier: de rotorsproeier is geschikt
voor het verwijderen van hardnekkig vuil.
Er kan worden gewerkt vanaf een kleine afstand
als er hardnekkig vuil moet worden verwijderd.
Er kan worden gewerkt vanaf een grotere
afstand als de volgende oppervlakken moeten
worden gereinigd:
– gespoten oppervlakken
– oppervlakken van hout
– oppervlakken van rubber
2
1
De vlakstraalsproeier kan worden ingesteld.
Als de vlakstraalsproeier in de richting + wordt
gedraaid, loopt de werkdruk op.
Als de vlakstraalsproeier in de richting – wordt
schuiven.
gedraaid, loopt de werkdruk terug.
► De waterstraal voor het begin van de reini‐
gingswerkzaamheden op een onopvallende
plek van het oppervlak richten en controleren
dat het oppervlak niet wordt beschadigd.
► De afstand van de sproeier ten opzichte van
het te reinigen oppervlak zo instellen dat het te
2
reinigen oppervlak niet wordt beschadigd.
1
► De vlakstraalsproeier zo instellen dat het te
reinigen oppervlak niet wordt beschadigd.
schuiven.
► De spuitinrichting gelijkmatig langs het te reini‐
gen oppervlak bewegen.
► Langzaam en gecontroleerd in voorwaartse
richting lopen.
11 Met de hogedrukreiniger werken
Reinigen
0458-834-9601-A