Nederlands
3
Overzicht
3.1
Hogedrukreiniger
10
9
8
7
6
5
4
3
2
1
20
12
1 Vakken
De vakken dienen voor het opbergen van de
meegeleverde mondstukken.
2 Houders
De houder dient voor het opbergen van de
reinigingsnaald.
3 Vak
Het vak dient voor het opbergen van andere
sproeiers uit accessoires voor de hogedruk‐
reiniger.
4 Aansluitkabel
De aansluitkabel verbindt de hogedrukreini‐
ger met de netstekker.
5 Netstekker
De netstekker verbindt de aansluitkabel met
een contactdoos.
6 klem
De klem borgt de netstekker aan de opgewik‐
kelde aansluitkabel.
50
11
12
13
14
15
13
16
17
18
19
#
7 Houders
De houder dient voor het wegnemen en
opbergen van de aansluitkabel en is draai‐
baar.
8 Klep
De klep dekt de sproeiers, de aansluitkabel
en de reinigingsnaald af.
9 Houders
De houder dient voor het opbergen van het
spuitpistool.
10 Slinger
De slinger dient voor het verdraaien van de
slanghaspel.
11 Slanghaspel
De slanghaspel dient voor het opwikkelen van
de hogedrukslang.
12 Hogedrukslang
De hogedrukslang leidt het water van de
hogedrukpomp naar het spuitpistool.
13 Houders
De houder dient voor het opbergen van de
spuitinrichting.
14 Nippel
De nippel verbindt de hogedrukslang met het
spuitpistool.
15 draaischakelaar
De draaischakelaar dient voor het inschake‐
len en uitschakelen van de hogedrukreiniger.
16 Nippel
De nippel dient voor het aansluiten van de
waterslang.
17 Transporthandgreep
De transportgreep dient voor het dragen van
de hogedrukreiniger.
18 Handgreep
De handgreep dient voor het dragen en han‐
teren van de hogedrukreiniger.
19 Houders
De houder dient voor het opbergen van de
mondstukset.
20 Arrêteerknop
De arrêteerknop blokkeert de verstelling van
de greep.
# Typeplaatje met machinenummer
3 Overzicht
0458-834-9601-A