onde is; dit is de maximale duur van de tweede fase als
de temperatuur die is gedefinieerd in parameter iS2 niet
wordt bereikt.
13. Instelpunt van de opslagfase.
Reiniging en onderhoud
NL
• AANDACHT! Koppel het apparaat altijd los van de voeding en
koel af voordat u het opbergt, reinigt en onderhoudt.
• Gebruik geen waterstraal of stoomreiniger voor het reinigen
en duw het apparaat niet onder water, omdat de onderdelen
nat worden en er elektrische schokken kunnen ontstaan.
• Als het apparaat niet schoon wordt gehouden, kan dit een
negatieve invloed hebben op de levensduur van het apparaat
en leiden tot een gevaarlijke situatie.
• Voedselresten moeten regelmatig worden gereinigd en uit
het apparaat worden verwijderd. Als het apparaat niet goed
wordt gereinigd, verkort dit de levensduur en kan dit leiden
tot een gevaarlijke situatie tijdens het gebruik.
• Voer een ontdooicyclus uit voordat u de kamer reinigt.
Reiniging
• Reinig het gekoelde buitenoppervlak met een doek of spons
die licht bevochtigd is met een milde zeepoplossing.
• Om redenen van hygiëne moet het apparaat voor en na ge-
bruik worden gereinigd.
• Vermijd contact van water met de elektrische componenten.
• Dompel het apparaat nooit onder in water of andere vloei-
stoffen.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen, schuursponzen
of reinigingsmiddelen die chloor bevatten. Gebruik voor het
reinigen geen staalwol, metalen keukengerei of scherpe of
puntige voorwerpen. Gebruik geen benzine of oplosmiddelen!
• Reinig de deurafdichting alleen met water.
• Reinig de naaldsonde ten minste één keer per day.It wordt
aanbevolen om de sonde met schoon water en een ontsmet-
tingsoplossing te spoelen.
• Reinig de condensor regelmatig (alleen gevolgd door gekwa-
lificeerde technici) met geschikt gereedschap (zie afb. 8 op
pagina 6)
Onderhoud
• Controleer regelmatig de werking van het apparaat om ern-
stige ongevallen te voorkomen.
• Als u ziet dat het apparaat niet goed werkt of dat er een pro-
bleem is, stop dan met het gebruik, schakel het uit en neem
contact op met de leverancier.
• Alle onderhouds-, installatie- en reparatiewerkzaamheden
moeten worden uitgevoerd door gespecialiseerde en bevoeg-
de technici, of worden aanbevolen door de fabrikant.
Transport en opslag
• Zorg er vóór opslag altijd voor dat het apparaat is losgekoppeld
van de stroomtoevoer en volledig is afgekoeld.
• Maak de koelkamer leeg en reinig deze voordat u het apparaat
opbergt. Bewaar het apparaat op een koele, schone en droge
plaats.
• Plaats nooit zware voorwerpen op het apparaat, omdat dit het
kan beschadigen.
• Verplaats het apparaat niet terwijl het in werking is. Koppel het
apparaat tijdens het verplaatsen los van de voeding en houd
het aan de onderkant vast.
• Vanwege het zware gewicht van de machine moet extra voor-
26
zichtig te werk worden gegaan bij het verplaatsen of vervoeren.
Met ten minste 2 personen of met behulp van een karretje.
Beweeg de machine langzaam, voorzichtig en neig nooit meer
dan 45°.
Problemen oplossen
Als het apparaat niet goed werkt, controleer dan de onder-
staande tabel voor de oplossing. Als u het probleem nog steeds
niet kunt oplossen, neem dan contact op met de leverancier/
dienstverlener.
Probleem
Mogelijke oorzaak
Apparaat is uitgeschakeld.
Het appa-
De stekker en/of het snoer
raat werkt
zijn beschadigd.
niet.
Zekering doorgebrand.
Geen voeding.
Er zit te veel ijs op de
verdamper.
Condensor is verstopt
met stof.
Deuren zijn niet goed
gesloten.
Het appa-
Het apparaat bevindt zich
raat wordt
te dicht bij een warmte-
inge-
bron of de luchtstroom
schakeld,
naar de condensor wordt
maar de
onderbroken.
tempera-
tuur is te
Omgevingstemperatuur is
hoog/te
te hoog.
laag.
Ongeschikte voedings-
middelen worden in het
apparaat bewaard.
Het apparaat is overbelast.
Het ap-
Losse moer/schroef.
paraat is
ongewoon
hard.
Het apparaat is niet geïn-
stalleerd op een vlakke,
stabiele ondergrond/niet
goed waterpas.
De afvoeruitlaat is geblok-
keerd.
Lekkend
water
Verplaatsing van water
uit het
naar de afvoer is belem-
apparaat
merd
Waterreservoir is be-
schadigd.
De lekbak loopt over.
Alarmen/foutcodes
Als er een alarm aanwezig is,
pictogram weergegeven op het bedieningspaneel; ook wordt
een akoestisch alarm geactiveerd. Druk op een willekeurige
knop op het bedieningspaneel om het geluidsalarm uit te scha-
kelen. Om het alarm handmatig te resetten, houdt u de knop
INSTELLING 5 seconden ingedrukt. Om het probleem op te los-
sen chceck tafel bel ow:
Mogelijke oplossing
Controleer de stekkeraan-
sluiting en of het apparaat is
ingeschakeld.
Neem contact op met de
leverancier.
Neem contact op met de
leverancier.
Controleer de voeding.
Start de ontdooicyclus.
Neem contact op met de
leverancier.
Controleer of de deuren
goed sluiten en of de afdich-
tingen beschadigd zijn.
Verplaats het apparaat naar
een geschiktere locatie
Verhoog de ventilatie of
verplaats het apparaat naar
een geschiktere locatie.
Verwijder voedselproducten
die te heet zijn voor opslag
of die de ventilator in het
apparaat blokkeren.
Verminder de hoeveelheid
voedsel die in het apparaat
wordt bewaard.
Controleer alle losse
moeren/schroeven en draai
ze vast.
Controleer de installatiepo-
sitie en/of stel de voeten af
op het waterpas zetten van
het apparaat.
Verwijder de afvoeruitlaat.
Verwijder de onderkant van
de kamer.
Neem contact op met de
leverancier.
Leeg de lekbak.
worden foutcode en alarm-