Télécharger Imprimer la page

Arktic 232170 Manuel De L'utilisateur page 25

Publicité

proces te garanderen.
• Na de koelcyclus kan voedsel tot 5 dagen in de koelkast wor-
den bewaard (als vacuümverpakking wordt gebruikt, neemt
de tijd toe tot ongeveer 15 dagen). Het is belangrijk om de
temperatuur tussen 0°C en 4°C te houden.
• Na de invriescyclus kan voedsel in vriezers worden bewaard,
in een periode van 3 tot 18 maanden (afhankelijk van het
soort voedsel). Het is belangrijk om de temperatuur gelijk of
lager te houden tot -20°C.
LET OP: Laat het gekookte voedsel niet lang op omgevingstem-
peratuur staan voordat u de koel-/vriescyclus start.
LET OP: Voedsel dat al ontdooid is, kan niet opnieuw worden
ingevroren.
Belangrijkste parameters van de gebruiker - EERSTE NIVEAU
Voor standaardparameters van het apparaat die tot de secun-
daire functionaliteit behoren:
• Houd tegelijkertijd de INSTELLINGSknop en de Pijl OMLAAG
3 seconden ingedrukt; LED-pictogrammen
nen te knipperen; Code SEF wordt weergegeven als de eerste
parameter.
• Druk op Pijl OMLAAG of Pijl OMHOOG om de gewenste para-
meter te selecteren en druk vervolgens op de knop INSTEL-
LING om de waarde weer te geven.
• Druk op Pijl OMLAAG of Pijl OMHOOG om de waarde van de
parameter te wijzigen en druk vervolgens op de knop IN-
STELLING om de nieuwe waarde te bevestigen en naar de
volgende parameters te gaan.
• Om af te sluiten: Druk tegelijkertijd op de INSTELLINGSknop
en de pijl OMHOOG of raak het paneel gedurende 15 secon-
den niet aan.
• Tabel 1 op pagina 6-7: Alle codes van parameters met mini-
mumwaarde, maximumwaarde, eenheid en standaardwaar-
de:
1. Instelpunt voor "Frost Bust"-cyclus (-40 °C).
2. Compressorhysterese.
3. Startvertraging compressor.
4. Kalibratie van de thermostaatsonde.
5. Aanwezigheid kernsonde.
6. Kalibratie kernsonde 2.
7. Eenheid van temperatuurmeting.
8. Resolutie (voor °C).
9. Noch, Ventilator, F-C.
10. Maximale lengte voor ontdooien.
11. Rt, het, SET, dEF.
12. Druppeltijd.
13. o-n, Cn, o-Y, Cy.
14. Alarm voor maximale temperatuur.
15. Alarm minimale temperatuur.
16. Differentiaal alarmherstel.
17. Vertraging temperatuuralarm.
18. Zoemeractivering aan het einde van de cyclus.
Belangrijkste parameters van de gebruiker - TWEEDE NIVEAU
Voor het wijzigen van de instelling van de hoofdcycli (uitgeslo-
ten "Frost Bust"-cyclus):
• Selecteer een van de cycli volgens de stappen in de vorige
hoofdstukken. Bijbehorende pictogrammen gaan branden.
• Houd de bijbehorende knop 3 seconden ingedrukt (op het dis-
play verschijnt de eerste parameter "cyS"):
a) Zachte en intensieve koelcyclus, zachte en intensieve invrie-
scyclus - de bijbehorende knop is
b) Cyclus voor ijs - bijbehorende knop is
• Druk op Pijl OMLAAG of Pijl OMHOOG om de gewenste para-
meter te selecteren en druk vervolgens op de knop INSTEL-
LING om de waarde weer te geven.
• Druk op Pijl OMLAAG of Pijl OMHOOG om de waarde van de
parameter te wijzigen en druk vervolgens op de knop IN-
STELLING om de nieuwe waarde te bevestigen en naar de
volgende parameters te gaan.
• Om af te sluiten: Druk tegelijkertijd op de INSTELLINGSknop
en de pijl OMHOOG of raak het paneel gedurende 15 secon-
den niet aan.
• Tabel 2 op pagina 7: Alle codes van parameters:
1. Cyclusinstelling: "tEP" - temperatuurcyclus; "tiM" - geti-
mede cyclus.
2. Ontdooien voor cyclus: JA / NEE (cyclus start onmiddellijk
zonder ontdooien).
3. Ontdooien aan het einde van de cyclus/voor opslagmodus:
°C
°F
en
begin-
JA/NEE (opslagmodus start onmiddellijk).
4. Opslagmodus na cyclus: JA / NEE (opslagmodus uitge-
schakeld)
5. Instelpunt kamer voorkoelingsfase: Wanneer de door de
kamersonde gemeten temperatuur deze waarde bereikt, is
de huidige fase voltooid en begint de volgende pahse.
6. Maximale tijdsduur voorkoelfase: Maximale duur van de
voorkoelingsfase als de in parameter "rSP" gedefinieerde
tempearture niet wordt bereikt aan het einde van deze tijd,
is deze overgeschakeld naar de volgende fase (alleen be-
schikbaar op de cyclus voor ijs).
7. Instelpunt voor kernsonde voor de eerste fase: Wanneer
de door de kernsondes gemeten temperatuur deze waarde
bereikt, is de huidige fase voltooid en begint de volgende
fase.
8. Kamerinstelpunt voor de eerste fase: Het voorkomt dat
de temperatuur een te lage waarde bereikt. Deze waarde
regelt de werking van de compressor.
9. Getimede cyclus voor de eerste fase:
• Als de cyclus getimed is voor de eerste fase - wordt over-
• Als de cyclus temperatuurcyclus is voor de eerste fase
10. Instelpunt voor kernsonde voor de tweede fase: Wanneer
de door de kernsondes gemeten temperatuur deze waarde
bereikt, is de huidige fase voltooid en begint de volgende
fase.
11. Kamerinstelpunt voor de tweede fase: Het voorkomt dat
de temperatuur een te lage waarde bereikt. Deze waarde
regelt de werking van de compressor.
12. Getimede cyclus voor de tweede fase:
• Als de cyclus een getimede cyclus is voor de tweede fase
• Als de cyclus temperatuurcyclus is voor de tweede fase
wogen of de kernsonde niet aanwezig is (UIT tot 4 uur
00Min., res 10Min.) aan het einde van deze tijd schakelt
hij over naar de volgende fase.
- Deze waarde wordt alleen gebruikt als er een kerns-
onde is; dit is de maximale duur van de eerste fase als
de temperatuur die is gedefinieerd in parameter iS1 niet
wordt bereikt.
- wordt overwogen of de kernsonde niet aanwezig is (UIT
tot 4 uur 00Min., res 10Min.) aan het einde van deze tijd
schakelt hij over naar de volgende fase.
- Deze waarde wordt alleen gebruikt als er een kerns-
NL
25

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

232194232187232491