Probleemoplossing
Symptoom
De machine kan niet worden
ingeschakeld.
De machine staat in de stand 'Aan',
maar werkt niet.
De rollen van de machine stoppen
tijdens het lamineren.
De film hecht zich niet aan het
medium.
De film of het medium is wazig,
troebel of heeft een zilverachtig
effect (zeer kleine stipjes die
doorgaans zichtbaar zijn in
donkere gebieden).
Er verschijnen lange golven in de
film of het medium.
Golven aan één zijde van de film
of media.
V-vormig ribbelpatroon dat uitloopt
naar de zijranden.
Putjes in de media en film.
De uitgevoerde media en film
vertonen kleine vierkante patronen.
Tussenruimte/luchtbel tussen de
rand van het medium en de film.
Film bevat luchtbellen.
Film krult aan de randen in
tegengestelde richtingen om als
deze uit de achterkant van de
lamineermachine komt.
Media is na het lamineren
omgekruld.
Vouwen in de film als de film in de
warmterollen wordt gevoerd.
Overmatige opeenhoping van lijm
op de randen van de warmterollen.
Mogelijke oorzaak
De stroomschakelaar op de achterkant bevindt zich
niet in de stand 'Aan' (I).
De lamineermachine is niet aangesloten op een
stopcontact.
De zekering is doorgebrand.
De veiligheidsschakelaar is geactiveerd omdat de
beschermkap of invoertafel niet volledig gesloten is.
Het medium is te dik.
Controleer of zich film om de rollen heeft gewikkeld.
De temperatuur van de machine is niet hoog genoeg.
De snelheid van de machine is te hoog
Verkeerde filminstelling
Lijm hecht zich niet aan bepaalde inkten/toners/
tonerolie/coatings.
De temperatuur van de machine is niet hoog genoeg.
De snelheid van de machine is te hoog
Verkeerde filminstelling
Lijm hecht zich niet aan bepaalde inkten/toners/
tonerolie/coatings.
De lamineermachine kan ook te warm zijn.
De film is te warm bij het verlaten van de trekrollen
aan de achterkant van de machine.
De film wordt bewogen tijdens het lamineren omdat
de spanning ongelijkmatig is.
Dit doet zich voor bij dikkere media.
De machine is te warm.
De film is te warm bij het verlaten van de trekrollen
aan de achterkant van de machine.
Dit treedt vooral op bij dikke media.
Ongelijkmatige spanning over de breedte van de film.
Vuil in de film en/of op de media of rollen.
Sneetjes of gaatjes in silicone van warmterol.
De films zijn tijdens het productieproces niet goed op
elkaar afgestemd.
De rollen film hebben te veel spanning of weerstand.
Ongelijke spanning van de rollen film.
Onvoldoende spanning op de rollen film.
De bovenste en onderste rol film zijn niet goed
uitgelijnd
Corrigerende maatregel
Zet de stroomschakelaar in de stand 'Aan' (I).
Stek de stekker in een geschikt stopcontact.
Stel de stroomonderbreker opnieuw in.
Zorg ervoor dat de beschermkap en de invoertafel volledig gesloten
zijn.
Gebruik indien mogelijk een dunner medium.
Als zich film om de rollen heeft gewikkeld, volgt u de procedure in
het gedeelte 'Vastgelopen film verwijderen'.
Zorg ervoor dat het gereed-lampje brandt.
Selecteer een lagere snelheidsinstelling.
Ga na of de juiste filmdikte is geselecteerd.
Druk het document zo mogelijk af met een andere printer.
Zorg ervoor dat het gereed-lampje brandt.
Selecteer een lagere snelheidsinstelling.
Ga na of de juiste filmdikte is geselecteerd.
Druk het document zo mogelijk af met een andere printer.
Als het probleem niet wordt opgelost met de bovenstaande
maatregelen, laat de machine dan afkoelen.
Stel een lagere snelheid voor de lamineermachine in.
Dit is gebruikelijk als grote aantallen items achter elkaar worden
gelamineerd. Als er golven zichtbaar zijn, lamineer dan minder items
achter elkaar of stop de lamineermachine en laat deze afkoelen.
Zorg ervoor dat de steunen volledig gesloten zijn.
Probeer de bovenste en onderste rol film te verwisselen.
Gebruik waar mogelijk dunnere media.
Een lagere snelheid vermindert dit patroon.
Zorg ervoor dat het gereed-lampje brandt.
Ga na of de juiste filmdikte is geselecteerd.
Laat de machine afkoelen.
Stel een lagere snelheid voor de lamineermachine in.
Dit is gebruikelijk als grote aantallen items achter elkaar
worden gelamineerd. Als er kleine vierkante patronen zichtbaar
zijn, lamineer dan minder items achter elkaar of stop de
lamineermachine en laat deze afkoelen.
Gebruik een lagere snelheid.
Zorg ervoor dat het gereed-lampje brandt en de temperatuur juist is.
Gebruik indien mogelijk een dunner medium.
Verwissel de bovenste en onderste rollen film.
Veeg deze schoon met een niet-pluizende doek.
Ga voorzichtig te werk bij het afsnijden van film (bij het vervangen
van rollen of het verwijderen van vastgelopen film) om sneetjes in
de warmterollen te vermijden.
Verwissel de bovenste en onderste rol film.
Maak de filmsteunen schoon met een vochtige, niet-pluizende doek.
De rollen film moeten ongeveer hetzelfde formaat hebben. Wijzig de
spanning door de bovenste en onderste rol film om te wisselen.
Zorg ervoor dat de steunen volledige gesloten zijn.
Maak de steunen schoon met een niet-pluizende doek.
Zorg er bij gebruik van standaardfilm voor dat beide rollen film goed
tegen de uitlijnings-O-ring op de assen zijn gedrukt.
O
33