4 Veiligheidsinstructies
– De groef is zo diep als of dieper dan de mini‐
male groefdiepte,
– Er bevinden zich geen bramen op de randen
van de groef.
– De groef is niet versmald of verbreed.
WAARSCHUWING
■ In een onveilige staat kan het zaagblad de
zaagketting niet meer correct geleiden. De
ronddraaiende zaagketting kan van het zaag‐
blad springen. Personen kunnen ernstig of
zelfs dodelijk letsel oplopen.
► Met een onbeschadigd zaagblad werken.
► Als de diepte van de groef kleiner is dan de
minimale groefdiepte: zaagblad vervangen.
► Zaagblad wekelijks ontdoen van bramen.
► Als één en ander niet duidelijk is: verzoe‐
ken wij u contact op te nemen met een
STIHL dealer.
4.6.3
Zaagketting
De zaagketting verkeert in de veilige staat als
aan de volgende voorwaarden is voldaan:
– De zaagketting is niet beschadigd.
– De zaagketting is correct aangescherpt/gesle‐
pen.
– De slijtagemarkeringen op de zaagtanden zijn
zichtbaar.
WAARSCHUWING
■ In een niet-veilige staat kunnen componenten
niet meer correct functioneren en kunnen de
veiligheidsinrichtingen zijn uitgeschakeld. Per‐
sonen kunnen ernstig of zelfs dodelijk letsel
oplopen.
► Met een onbeschadigde zaagketting wer‐
ken.
► Zaagketting correct aanscherpen/slijpen.
► Indien er onduidelijkheden bestaan: contact
opnemen met een STIHL dealer.
4.6.4
Accu
De accu verkeert in een veilige staat als aan de
volgende voorwaarden is voldaan:
– De accu is onbeschadigd.
– De accu is schoon en droog.
– De accu functioneert en is niet gemodificeerd.
WAARSCHUWING
■ In een niet veilige staat kan de accu niet meer
correct functioneren. Personen kunnen ernstig
letsel oplopen.
► Alleen met een onbeschadigde en goed
werkende accu werken.
► Een beschadigde of defecte accu niet
laden.
0458-022-9601-A
20.3.
► Als de accu vuil is: de accu reinigen.
► Als de accu nat of vochtig is: de accu laten
drogen,
20.8.
► Geen wijzigingen aanbrengen aan de accu.
► Geen voorwerpen in de openingen van de
accu steken.
► Elektrische contacten van de accu niet met
metalen voorwerpen met elkaar verbinden
en kortsluiten.
► Accu niet openmaken.
► Versleten of beschadigde stickers vervan‐
gen.
■ Uit een beschadigde accu kan vloeistof weg‐
lekken. Als de vloeistof in contact komt met de
huid of de ogen, kunnen de huid of de ogen
geïrriteerd raken.
► Contact met de vloeistof voorkomen.
► Als contact met de huid heeft plaatsgevon‐
den: was de betreffende plekken op de huid
met veel water en zeep.
► Als contact met de ogen heeft plaatsgevon‐
den: was de ogen ten minste 15 minuten
met veel water en raadpleeg een arts.
■ Een beschadigde of defecte accu kan een
ongewone geur veroorzaken, roken of bran‐
den. Personen kunnen ernstig of dodelijk let‐
sel oplopen en er kan materiële schade ont‐
staan.
► Als de accu vreemd ruikt of rookt: de accu
niet gebruiken en bij brandbare stoffen van‐
daan houden.
► Als de accu brandt: de accu met een brand‐
blusser of water proberen te blussen.
4.6.5
Acculader
De acculader verkeert in de veilige staat als aan
de volgende voorwaarden is voldaan:
– De acculader is niet beschadigd.
– De acculader is schoon en droog.
WAARSCHUWING
■ In een niet-veilige staat kunnen componenten
niet meer correct functioneren en kunnen de
veiligheidsinrichtingen zijn uitgeschakeld. Per‐
sonen kunnen ernstig of zelfs dodelijk letsel
oplopen.
► Een onbeschadigde acculader gebruiken.
► Als de acculader vervuild of nat is: accula‐
der reinigen en laten drogen.
► Aan de acculader geen wijzigingen aan‐
brengen.
► Geen voorwerpen in de openingen van de
acculader steken.
► Elektrische contacten van de acculader niet
met metalen voorwerpen verbinden en kort‐
sluiten.
Nederlands
147