Bij moeilijk te vellen bomen (eik,
–
beuk), zodat de harde kern niet
openscheurt en de velrichting beter
kan worden aangehouden
Bij zacht loofhout, om de spanning
–
in de stam weg te nemen en te
voorkomen dat er houtsplinters uit
de stam worden gescheurd
Voorzichtig in de valkerf steken –
N
kans op terugstoten! – Vervolgens
in de richting van de pijl zwenken
Snoeien
Snoeien mag alleen worden uitgevoerd
door iemand die hiervoor een opleiding
heeft genoten. Wie geen ervaring in het
werken met de motorzaag heeft, mag
noch vellen, noch snoeien – kans op
ongelukken!
Een terugslagarme zaagketting
–
gebruiken
De motorzaag zo veel mogelijk
–
ondersteunen
Niet staand op de stam snoeien
–
Niet met de zaagbladneus zagen
–
Op takken letten die onder spanning
–
staan
Nooit meerdere takken in één keer
–
doorzagen
MS 362, MS 362 C
Dun hout zagen
Een stabiele, stevige zaagbok
–
gebruiken
Het hout niet met de voet
–
tegenhouden
Andere personen mogen het hout
–
niet vasthouden of op andere wijze
meehelpen
Liggende of staande stammen die onder
spanning staan
De juiste volgorde van de zaagsneden
beslist aanhouden (eerst aan de
drukzijde (1), vervolgens aan de
trekzijde (2)), als deze volgorde niet
wordt aangehouden kan de motorzaag
klemmen of terugslaan – kans op letsel!
1
2
2
1
Een ontlastingssnede aan de
N
drukzijde (1) zagen
De kapzaagsnede aan de
N
trekzijde (2) aanbrengen
Bij kapzaagsnede van onderen naar
boven (onderhands zagen) – kans op
terugstoten!
LET OP
Liggende stammen mogen op de plaats
waar deze worden doorgezaagd niet de
grond raken – anders wordt de
zaagketting beschadigd.
Nederlands
121