Interne bewakingsinrichtingen
Motorruimte
Motor-/afdichtingsruimte*
Motorwikkeling**
Externe bewakingsinrichtingen
Afdichtingsruimte
6.5.4.1
Bewaking motorruimte
6.5.4.2
Bewaking motor-/afdichtings-
ruimte
6.5.4.3
Bewaking motorwikkeling
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Flumen OPTI-TR 20-1, 28-1, 30-1, 40-1 Wilo-Flumen EXCEL-TRE 20, 30, 40
Installatie en elektrische aansluiting
GEVAAR
Er bestaat explosiegevaar bij onjuiste aansluiting!
Wanneer de bewakingsvoorzieningen niet correct worden aangesloten, bestaat er bij
het werk binnen explosieve zones risico op dodelijk letsel door explosies! Laat de
aansluiting altijd door een elektromonteur uitvoeren. Bij toepassing binnen explosie-
ve zones geldt het volgende:
• Sluit de thermische motorbewaking aan via een relais!
• De uitschakeling door de temperatuurbegrenzing moet met een herinschake-
lingsblokkering plaatsvinden! Een herinschakeling pas mogelijk zijn als de "ont-
grendelingsknop" met de hand is ingedrukt!
• Sluit een externe elektrode (bijv. bewaking van de afdichtingsruimte) aan via
een relais met een intrinsiek veilige stroomkring!
• Neem voor meer informatie het hoofdstuk over explosiebeveiliging in bijlage de
van deze inbouw- en bedieningsvoorschriften in acht!
Overzicht over de keuze aan bewakingsapparatuur:
o
o
o
−
−
−
•
•
•
o
o
o
Legenda
− = niet aanwezig/mogelijk, o = optioneel, • = seriematig
*Deze bewaking vervalt in de explosie-uitvoering zonder vervanging!
**Er wordt standaard een temperatuurbegrenzing gemonteerd. In de explosie-uitvoe-
ring wordt conform ATEX een temperatuurregeling en -begrenzing ingebouwd.
Sluit de elektroden aan via een relais. Hiervoor wordt het relais "NIV 101/A" aanbevolen.
De drempelwaarde bedraagt 30 kOhm.
Aderbenaming
Elektrodenaansluiting
DK
Bij het bereiken van de drempelwaarde moet een uitschakeling plaatsvinden!
Sluit de elektroden aan via een relais. Hiervoor wordt het relais "NIV 101/A" aanbevolen.
De drempelwaarde bedraagt 30 kOhm.
Aderbenaming
Elektrodenaansluiting
DK
Bij het bereiken van de drempelwaarde moet een uitschakeling plaatsvinden!
Met bimetaalsensor
Sluit de bimetaalsensor rechtstreeks in de schakelkast of via een relais aan.
Aansluitwaarden: max. 250 V (AC), 2,5 A, cos φ = 1
−
−
−
o
o
o
•
•
•
o
o
o
nl
−
o
•
o
253