Fig. 2: Bevestigingspunt
5.3
Opslag
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Flumen OPTI-TR 20-1, 28-1, 30-1, 40-1 Wilo-Flumen EXCEL-TRE 20, 30, 40
Transport en opslag
▪ Neem de nationaal geldende veiligheidsvoorschriften in acht.
▪ Gebruik wettelijk voorgeschreven en goedgekeurde bevestigingsmiddelen.
▪ Selecteer het juiste bevestigingsmiddel op basis van de heersende omstandigheden
(weersgesteldheid, bevestigingspunten, belasting enz.).
▪ Bevestig de bevestigingsmiddelen uitsluitend aan het bevestigingspunt. Het bevesti-
gingsmiddel moet met een harp worden vastgemaakt.
▪ Gebruik hijsmiddelen met voldoende draagvermogen.
▪ De stabiliteit van het hijsmiddel moet tijdens het gebruik worden gegarandeerd.
▪ Bij het gebruik van hijsmiddelen moet, indien nodig (bijv. bij belemmerd zicht), een
tweede persoon voor coördinatie zorgen.
GEVAAR
Gevaar door gezondheidsschadelijke media!
Als het roerwerk is gebruikt in gezondheidsschadelijke media, bestaat er levensge-
vaar.
• Ontsmet het roerwerk na de demontage en voordat het opnieuw wordt ge-
bruikt.
• Neem de informatie in het interne reglement in acht. De eindgebruiker moet
waarborgen dat het personeel het interne reglement krijgt en heeft gelezen.
WAARSCHUWING
De propellervleugels hebben scherpe kanten!
Op de propellervleugels kunnen scherpe kanten ontstaan. Er bestaat gevaar voor
amputatie van ledematen. Draag veiligheidshandschoenen om snijwonden te voor-
komen.
VOORZICHTIG
Onherstelbare beschadiging door vochtindringing
Wanneer er vocht in de aansluitkabel binnendringt, worden de aansluitkabel en het
roerwerk beschadigd! Dompel het uiteinde van de aansluitkabel nooit in een vloei-
stof en sluit deze tijdens de opslag goed af.
Nieuw afgeleverde roerwerken kunnen gedurende een jaar worden opgeslagen. Als de
opslag langer dan een jaar duurt, wordt u verzocht om contact op te nemen met de
Wilo-servicedienst.
Let bij het opslaan op de volgende punten:
▪ Zet het roerwerk liggend (horizontaal) stevig op een vaste ondergrond en borg het te-
gen omvallen en wegglijden!
VOORZICHTIG! Zet het roerwerk niet op de propeller. Hierdoor kunnen de propeller
of de as worden beschadigd! Zorg voor een groter platform wanneer de propeller
een grotere diameter heeft.
▪ De max. opslagtemperatuur bedraagt -15 °C tot +60 °C (5 °F tot 140 °F) bij een max.
luchtvochtigheid van 90%, niet-condenserend. Aanbevolen wordt een vorstbestendige
opslag bij een temperatuur van 5 °C tot 25 °C (41 °F tot 77 °F) met een relatieve lucht-
vochtigheid van 40 tot 50%.
▪ Sla het roerwerk niet op in ruimtes waarin laswerkzaamheden worden uitgevoerd. De
gassen en straling die daarbij worden gevormd, kunnen de elastomeeronderdelen en
coatings aantasten.
▪ Bescherm de aansluitkabel tegen knikken en beschadigingen.
▪ Bescherm het roerwerk tegen direct zonlicht en hitte. Extreme hitte kan leiden tot
schade aan de propeller en de coating!
nl
243