LED-
Kleur/status
lampjes
PP en S
Oranje/gelijktijdig
knipperend
PP en S
Oranje/gelijktijdig
knipperend
PP en S
Oranje/gelijktijdig
knipperend
PP en S
Rood/
afwisselend
knipperend
PP
Groen/
ononderbroken
PP
Oranje/
ononderbroken
Piepsignalen
Situatie
2 piepsignalen
Weefselbiopt zit vast in
bioptkamer of sondekamer
is geopend en sonde zit
vast in driver.
Tot 9
Toetsenpaneelknop
piepsignalen
ingedrukt gehouden na
voltooiing van op scherp
stellen, doorboren of de
stappen voor bioptname.
5 piepsignalen
Sonde ingebracht
voordat driver opnieuw
is ingesteld.
3 piepsignalen
Storing van sonde
of driver.
Geen
Driver op scherp gesteld
(sonde teruggetrokken).
Geen
Hulpmiddel is bezig met
op scherp stellen of
doorboren.
Vereiste maatregel
Als de procedure nog niet is voltooid,
maakt u de coaxiale canule los van
de sonde om de locatie in de borst
te behouden. Verwijder de sonde uit
de borst.
u tegelijkertijd op de knoppen PP en S
gedurende ten minste 3 seconden tot
de kamer wordt geopend. Verwijder
alle weefsel uit de bioptkamer en druk
vervolgens tegelijkertijd op de knoppen
PP en S en houdt deze gedurende ten
minste 3 seconden vast. Indien zowel
de lampjes PP en S ononderbroken
groen branden, kunt u verder gaan
met de biopsie. Breng de sonde in en
bevestig de coaxiale canule opnieuw
om verder te gaan met de biopsie.
verwijdert u alle weefsel uit de kamer
en drukt u vervolgens tegelijkertijd op
de knoppen PP en S en houdt u deze
gedurende ten minste 3 seconden
vast. Indien zowel de lampjes PP en S
ononderbroken groen branden, kunt
u verder gaan met de biopsie.
Als de lampjes PP en S knipperend rood
branden nadat u de knoppen PP en S te-
gelijkertijd gedurende ten minste 3 secon-
den ingedrukt hebt gehouden, verwijdert u
de biopsiesonde, stelt u de driver opnieuw
in en gebruikt u een nieuwe sonde als er
aanvullende biopten nodig zijn.
of de knoppen PP en S lichten
ononderbroken groen op en u kunt verder
gaan met de biopsieprocedure.
Verwijder de sonde uit de driver, laat de
driver zich opnieuw instellen en laad de
sonde opnieuw nadat de driver opnieuw
is ingesteld.
Verwijder de sonde. Stel de driver
opnieuw in door tegelijkertijd op de
knoppen PP en S te drukken gedurende
ten minste 3 seconden tot de motor start.
Als de begintoestand niet wordt hersteld
en de lampjes blijven rood knipperen,
plaatst u de driver op het laadstation en
wacht u tot de driver opnieuw is ingesteld
(lampjes PP en S verspringen van rood
naar oranje naar groen naar uit). Indien
de indicatielampjes niet doven of de
sonde niet kan worden verwijderd, neemt
u contact op met Bard Service and Repair.
Druk op 'PP' als de gewenste locatie is
bereikt voor doorboring van het doel.
Wacht tot de driver de handeling
heeft voltooid en het indicatielampje
ononderbroken groen oplicht voordat
u de driver beweegt of verplaatst.
62