4. Voordat u het gereedschap inschakelt, controleer
het snoer en het verlengsnoer op tekenen van
schade of slijtage. Als het snoer tijdens het gebruik
beschadigd raakt, ontkoppel het gereedschap
onmiddellijk van de voeding. HAAL EERST DE
STEKKER UIT HET STOPCONTACT ALVORENS
HET SNOER AAN TE RAKEN. Gebruik het apparaat
nooit als het snoer beschadigd of versleten is.
Algemene gebruiksvoorschriften
1. Gebruik het apparaat alleen bij daglicht of met
voldoende kunstmatig licht.
2. Gebruik het gereedschap niet op nat gras.
3. Behoud een stabiele houding op een helling.
4. Altijd stappen, en nooit rennen.
5. Maai altijd evenwijdig met de helling, en nooit van
boven naar onder.
6. Wees zeer voorzichtig wanneer u tijdens het
maaien op een helling van richting verandert.
7. Maai niet op te steile hellingen.
8. Wees zeer voorzichtig wanneer u een halve draai
maakt of het gereedschap naar u trekt.
9. Stop het mes wanneer u het gereedschap dient
te kantelen om over een andere ondergrond, dan
gras, te rijden of om het gereedschap naar de te
maaien zone te brengen.
74