1.4. Conduit de cheminée
Prescriptions
Le conduit de cheminée doit être construit selon
les règles de l'art. De plus, pour garantir le bon
fonctionnement de l'appareil, voici les règles à
suivre.
La hauteur minimale est de 4m (distance entre
raccordement et sortie).
Le conduit ne peut pas comporter plus de 2
coudes (changements de direction). Les angles
de dévoiement (par rapport à la vertical) doivent
être de maximum 45°.
La section du conduit doit être supérieure ou
égale à la section de sortie du foyer.
Dans le cas de l'Infire 740 Smart, une réduction
de 20% du diamètre nominal est permise pour
une configuration verticale de minimum 6 mètres
(tout en conservant la section d'origine sur la plus
grande longueur possible).
Le conduit de cheminée doit être protégé du froid
et de l'humidité. Il est conseillé d'isoler le conduit
(ou choisir un conduit isolé) avec un matériau
résistant aux hautes températures pour éviter le
refroidissement trop rapide des fumées et ainsi
provoquer de la condensation.
Le conduit doit permettre l'entretien annuel
(ramonage).
Sur toute sa longueur, du foyer jusqu'à l'extérieur,
le conduit doit :
• être étanche,
• être propre et bien entretenu (ramonage),
• être stable et fixé correctement
• de section compatible avec le diamètre de
sortie des fumées du foyer.
• permettre l'écoulement des condensats
• permettre l'ecoulement des résidus dans le
foyer lors du ramonage.
Ne raccordez qu'un seul appareil par conduit.
8
1.4. Rookafvoer
Specificaties
De rookafvoer moet worden uitgevoerd in overeenstem-
ming met de regels van goed vakmanschap. Daarnaast,
om de juiste werking van het toestel te garanderen, vindt
u hierbij de aanbevelingen die u moet volgen.
De minimum hoogte is 4m (afstand tussen aansluiting en
schoorsteen uitlaat).
Het rookkanaal mag niet meer dan 2 bochten bevat-
ten (richting wijziging). De hoeken van afwijking (ten
opzichte van de verticale) moeten maximaal 45° zijn. In
het geval van de Infire 740 Smart, een reductie van 20%
van het originele gedeelte is toegestaan voor een verti-
cale configuratie van minstens 6 meter (met behoud van
de oorspronkelijke sectie over een maximale lengte).
Het rookkanaal moet beschermd worden tegen koude
en de vochtigheid. Het is aan te raden om de buis te
isoleren (of kies een geïsoleerde buis) met een materiaal
dat bestand is tegen hoge temperaturen om te voorko-
men dat de dampen te snel afkoelen en dus condensatie
veroorzaken.
Het moet mogelijk blijven om de rookafvoer jaarlijks te
onder houden (schoorsteenvegen).
Langs zijn gehele lengte, van het toestel tot buiten, moet
het rookkanaal:
• luchtdicht zijn;
• proper en stevig bevestigd zijn;
• stabiel en stevig bevestigd zijn;
• de sectie moet overeenkomen met de diameter van
de uitlaat van de haard;
• de condensatie afvoer toelaten;
• toelaten om het verwijderen van verharde roetresten bij
het schoorsteenvegen.
Slechts één toestel per rookafvoer aansluiten.