8.3.6
Controleer de positie van de vlambuis
Meet de afstand (A), tussen de vlambuis (26) en het brander-
mondstuk (20); deze moet overeenkomen met de sjabloon (25),
zoals getoond in de afbeelding.
26
20
8.3.7
Controleer positie elektroden
Om de positie van de elektroden te controleren:
– gebruik de sjabloon (25) en controleer de afstand tussen de
punten van de elektroden (2 mm)
m
WAARSCHUWING
De elektroden moeten op dezelfde as worden ge-
plaatst als het brandermondstuk en even ver van het
brandermondstuk als van de turbulentiepropeller.
86
25
A
Afb. 69
25
Afb. 70
Afb. 71
8.3.8
Vervanging van de ketelspoel
Om de ketelspoel te vervangen:
– verwijder de connector (1);
– verwijder de moer (2) met bijgeleverde sleutel;
– verwijder de ketelspoel (3) en vervang hem;
2
1
– monteer de onderdelen in de omgekeerde volgorde dan wat
zonet is beschreven.
8.3.9
Vervangen van de condensator
Om de condensator te vervangen:
– verwijder de beschermdop (1) van de condensator (2)
– schakel de elektrische verbinding van de condensator los
– verbind een tester aan de fastons van de condensator; als de
gemeten waarde circa 10% hoger is dan de nominale capaci-
teit die op de condensator staat, betekent dit dat hij bescha-
digd is.
1
– Verwijder de condensator (2) en vervang hem
– Monteer de onderdelen weer in omgekeerde volgorde dan wat
hierboven is beschreven.
NL
3
Afb. 72
2
Afb. 73