7.
Bescherm alle koudemiddelleidingen tegen beschadi-
gingen.
8.
Houd er rekening mee dat mechanische flensverbin-
dingen van koudemiddelleidingen voor onderhouds-
doeleinden toegankelijk moeten zijn.
9.
Buig de buizen slechts één keer in hun definitieve posi-
tie. Gebruik een buigveer om knikken te vermijden.
10.
Bevestig de buizen met geïsoleerde wandklemmen
(koudeklemmen) op de muur.
11.
Leid de koudemiddelleidingen 5 - 7 cm recht boven de
aansluiting naar onderen weg om bij service de flens te
kunnen vervangen.
12.
Controleer of bij het openen van de afsluitingen van de
koudemiddelleidingen een gesis te horen is (veroor-
zaakt door overdruk aan stikstof in de fabriek). Als er
geen overdruk vastgesteld kan worden, controleer dan
alle schroefverbindingen en leidingen op lekkages.
5.5
Koudemiddelleidingen aansluiten
Gevaar!
Kans op letsel en milieuschade door lek-
kend koudemiddel!
Lekkend koudemiddel kan bij contact letsels
veroorzaken. Lekkend koudemiddel leidt tot
milieuschade als het in de atmosfeer terecht-
komt.
▶
Voer de werkzaamheden aan het koude-
middelcircuit alleen uit als u hiervoor bent
opgeleid.
Opgelet!
Kans op materiële schade bij het afzuigen
van het koudemiddel!
Bij het afzuigen van koudemiddel kan er ma-
teriële schade door bevriezen ontstaan.
▶
Zorg ervoor dat de condensor van de bin-
nenunit bij het afzuigen van koudemiddel
aan secundaire zijde met CV-water door-
stroomd wordt of volledig geleegd is.
222
Gevaar!
Kans op letsel en milieuschade door lek-
kende flensverbinding!
Lekkend koudemiddel kan bij contact letsels
veroorzaken. Lekkend koudemiddel leidt tot
milieuschade als het in de atmosfeer terecht-
komt.
▶
Wanneer u een koudecircuitleiding van de
aansluiting op het product los moet ma-
ken, dan moet u een nieuwe flens maken,
voordat u de flensmoer weer opschroeft.
2
A
1.
Zorg bij het vervangen van de condensator voor een
beetje extra lengte van de koudemiddelleidingen.
2.
Laat de af fabriek uitgevoerde stikstofvulling via de (1)
ontsnappen.
–
150 kPa (1.500 mbar)
◁
Een hoorbaar gesis wijst erop dat het koudecircuit
in het product dicht is.
3.
Verwijder de flensmoeren en de afsluitingen aan de
aansluitingen van de koudemiddelleidingen aan het
product.
4.
Breng een druppel flensolie op de buitenzijden van de
buiseinden aan om het afbreken van de felsrand bij het
vastschroeven te vermijden.
5.
Sluit de vloeistofleiding (1) aan. Gebruik de flensmoer
van het product.
Opgelet!
Gevaar voor beschadiging van koudemid-
delleiding door te hoog aandraaimoment
▶
Let erop, dat de volgende draaimomenten
alleen voor flensverbindingen gelden. De
draaimomenten voor SAE-verbindingen
zijn lager.
Installatie- en onderhoudshandleiding 0020318694_01
D
1
B
C
~ 1,5 bar N
2