3.8
Gefluoreerde broeikasgassen
Het product bevat gefluoreerde broeikasgassen.
3.9
Veiligheidsinrichtingen
3.9.1
Vorstbeveiligingsfunctie
De vorstbeveiligingsfunctie wordt via het product zelf en via
de systeemthermostaat gestuurd. Bij uitval van de systeem-
thermostaat garandeert het product een beperkte vorstbe-
scherming voor het CV-circuit.
3.9.2
Beveiliging tegen watergebrek
Deze functie bewaakt permanent de CV-waterdruk om een
mogelijk CV-watertekort te verhinderen.
3.9.3
Pompblokeerbeveiliging
Deze functie verhindert het vastlopen van de pompen voor
CV-water. De pompen, die 23 uur lang niet in gebruik wa-
ren, worden na elkaar voor de duur van 10-20 seconden in-
geschakeld.
3.9.4
Veiligheidstemperatuurbegrenzer (VTB) in
het CV-circuit
Als de temperatuur in het CV-circuit van de interne elektri-
sche hulpverwarming de maximumtemperatuur (inschakel-
bereik 92 - 98 °C) overschrijdt, dan schakelt de VTB de elek-
trische hulpverwarming vergrendelend uit. Na het uitvallen
moet de veiligheidstemperatuurbegrenzer worden vervan-
gen.
–
CV-circuittemperatuur max.: 98 ℃
4
Bedrijf
4.1
Bedieningsconcept
In kleur brandende bedieningselementen kunnen worden
geselecteerd.
Instelbare waarden en lijstposities kunnen via de schuifbalk
worden gewijzigd. Tik kort aan het bovenste of onderste uit-
einde van de schuifbalk om wijzigingen uit te voeren.
De wijziging van een waarde moet u bevestigen. Pas dan
wordt de nieuwe instelling opgeslagen. Knipperende bedie-
ningselement moet u ter bevestiging nogmaals indrukken.
Wit brandende bedieningselementen zijn niet actief.
Het menu en de bedieningselementen worden na 60 secon-
den donker om energie te besparen. Na nogmaals 60 secon-
den wordt de statusindicatie getoond.
Meer hulp betreffende de bedieningselementen vindt u onder
MENU | INFORMATIE | Bedieningselementen
4.1.1
Startscherm
Wanneer de statusindicatie wordt getoond, drukt u op
om de basisweergave op te roepen.
In de basisweergave kunt u de gewenste warmwatertempe-
ratuur en aanvoertemperatuur/wenstemperatuur (wenstem-
peratuur alleen bij product met thermostaatmodule aanwe-
zig) instellen.
0020318694_01 Gebruiksaanwijzing
De aanvoertemperatuur is de temperatuur, waarmee het CV-
water de warmteopwekker verlaat (bijv. 65° C).
De wenstemperatuur is de werkelijk gewenste temperatuur
van de woonruimte (bijv. 21° C).
Druk op
in te stellen.
Druk op
stellen.
Overige instellingen voor de CV-functie en warmwaterfunctie
zijn in de betreffende hoofdstukken beschreven.
Wanneer de basisweergave wordt getoond, drukt u op
om het menu op te roepen.
Welke functies in het menu ter beschikking staan, is afhan-
kelijk van het feit of een systeemthermostaat op het product
aangesloten is. Wanneer u een systeemthermostaat heeft
aangesloten, dan moet u de instelling voor de CV-functie
in de systeemthermostaat uitvoeren. (→ gebruiksaanwijzing
systeemthermostaat)
Meer hulp betreffende de navigatie vindt u onder MENU |
INFORMATIE | Menuvoorstelling.
Als er een foutmelding is, wisselt het startscherm naar de
foutmelding.
−6 K
Geldigheid: Product met thermostaatmodule
Wanneer de statusindicatie wordt getoond, drukt u op
om de basisweergave op te roepen.
In de statusweergave ziet u de ingestelde CV-aanvoertem-
peratuur.
Aanvoertemperatuur is de temperatuur, waarmee het CV-
water de warmteopwekker verlaat.
In de basisweergave kunt u de gewenste warmwatertempe-
ratuur en de gewenste kamertemperatuur (gewenste tempe-
ratuur verwarmen) instellen.
Druk op
Druk op
Overige instellingen voor de CV-functie en warmwaterfunctie
zijn in de betreffende hoofdstukken beschreven.
Wanneer de basisweergave wordt getoond, drukt u op
om het menu op te roepen.
Welke functies in het menu ter beschikking staan, is afhan-
kelijk van het feit of een thermostaat op het product aange-
sloten is. Wanneer u een thermostaat heeft aangesloten,
dan moet u de instelling voor de CV-/warmwaterfunctie in de
thermostaat uitvoeren. (→ gebruiksaanwijzing thermostaat)
Meer hulp betreffende de navigatie vindt u onder MENU |
INFORMATIE | Menuvoorstelling.
Als er een foutmelding is, wisselt het startscherm naar de
foutmelding.
Aanwijzing
De warmwatertemperatuur wordt alleen weerge-
geven, wanneer geen systeemthermostaat is aan-
gesloten.
, om de temperatuur voor de warmwaterfunctie
, om de temperatuur voor de CV-functie in te
, om de warmwatertemperatuur in te stellen.
, om de kamertemperatuur in te stellen.
193