20 Onderhoud
1
► Pak de maairobot aan de voorste handgreep
(1) en aan de achterste handgreep (2) vast.
► Leg de maairobot op de achterkant.
► Hendel (3) indrukken en ingedrukt houden.
► Draai de moer (4) net zolang linksom totdat
deze kan worden weggenomen.
4
5
► Neem de moer (4) weg.
► Neem de messchijf (5) weg.
6
► Schuif de messendrager (6) in de richting van
de pijl
.
De messendrager (6) wordt ontgrendeld.
► Neem de messendrager (6) weg.
0458-011-9601-A
2
3
4
3
7
7
► Verwijder alle oude klingen/messen (7).
5
► Reinig de messchijf (5), de messendrager (6)
en de moer (4).
8
8
► Bevestig de nieuwe klingen/messen (8).
Plaats maximaal één kling/mes per pen (9).
6
► Breng de messendrager (6) aan.
► Schuif de messendrager (6) in de richting van
de pijl
en waarborg dat alle drie de armen
(10) onder de pennen (9) zijn gepositioneerd.
De messendrager (6) is vergrendeld.
► Plaats de messenschijf (5) in de maairobot.
► Hendel (3) indrukken en ingedrukt houden.
► Draai de moer (4) met de wijzers van de klok
mee los.
► Laat de hendel (3) los en draai de moer (4)
rechtsom vast.
De hendels (3) klikken hoorbaar vast.
Nederlands
7
4
6
9
8
9
10
10
10
221